60 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT danken aan de wijze, waarop de kolonel zijn regiment geleid had. Dik wijls was het voldoende om een energiek, dapper en kundig kolonel aan het hoofd van een regiment te plaatsen, teneinde daarvan eene uitste kende gevechtseenheid te maken. Men dient daarom de offie., die men aan 't hoofd van een regiment stelt, met zorg te kiezen. Bovendien is het noodzakelijk, dat de kolonel aan zijne ondergeschikten in moreelen en teehnischen zin leiding geeft. Ongelukkig genoeg werden onze regiments-commdt. tot nu toe overstelpt met administratieve bezigheden zij konden dus niet voldoende tijd besteden aan de oefeningen, aan hunnen omgang met de off. en inind. en aan de opleiding van dezen. Bij sommige generaals was een regiments-commdt., die niet op tijd een voertuig had iaten opschilderen, schuldiger dan degene, die de oefening van zijn troep had verwaarloosd. De voortdurende zorg van sommige kolonels om zieli bij voorbaat tegen schade te dekken, of om reserve-voorraden bijeen te brengen, leidde er toe, dat ze weinig tijd hadden om zich met hunne off. te bemoeien, terwijl er een te goed werd gemaakt ten koste van de maag en de gezondheid der soldaten. Gedurende den oorlog hebben de off. der Intendance hunne moeilijke taak op uitstekende wijze vervuld; men kan hun dus ook hetzelfde ver trouwen in vredestijd schenken en een gedeelte van de administratie der troepen aan hen toevertrouwen (kleeding, uitrusting, verpleging). Dan zullen de kolonels en kapiteins in de eerste plaats troepen-eommdt. zijn. Het onderricht en de opleiding der troepen zullen er door gebaat worden. Ik vestig er de aandacht op van allen, die gezag uitoefenen, dat het nood zakelijk is om nauwgezet en zorgvuldig het karakter der ondergeschikten te bestudeeren. Wij hebben weinig mensclien, die bewijzen gaven van onafhankelijkheid, energie en initiatief. Spoor hen op, moedig ze aan, be vorder hen hij keuze, ontwikkel deze eigenschappen, zoo onmisbaar voor ieder militair. Helaas zijn in Rusland juist degenen, die een beslist, onder nemend karakter hadden, vervolgd, inplaats van bevorderd te worden. In vredestijd werden menschen met dergelijke eigenschappen door vele chefs als lastig beschouwd. Ook verlieten zulke personen dikwijls den mili tairen dienst. Anderen daarentegen, die geen karakter hadden, maar steeds gereed stonden om hunne chefs in alles gelijk te geven, werden bevorderd. Deze handelwijze hebben wij in den oorlog duur moeten betalen, laten wij dat in herinnering houden. Het grootste gedeelte van het Ie Legerkorps zal in het verre Oosten blijven. Ik ben er volkomen van overtuigd, dat de dappere, Liberische troepen, die van dat korps deel uitmaakten en die in het gevecht tot de besten van onze Legers behoord hebben, ook in vredestijd, onder andere omstandigheden, Rusland in 't oosten trouw zullen blijven. Bij het brengen van mijnen afscheidsgroet, geachte kameraden, hoop ik vurig, dat de ondervinding, die gij gedurende dezen veldtocht hebt opge daan, tot voordeel zal strekken van Leger en Vaderland. Vol toewijding voor troon en land, steeds gereed om de orde te handhaven en de regee ring te steunen, vreemd blijven aan de twisten der politieke partijen en nu bekend met uwe deugden en tekortkomingen, zult ge geheel van uwe wonden genezen en meewerken aan de volmaking van het Leger. Al kunt. ge bij dien arbeid niet de voldoening smaken van te mogen zeggen, dat ge overwinnaars zijt geweest gedurende dezen oorlog, ge zultu tenminste

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 72