INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 727 kleine burgerstand, die een geleidelijker overgang kan vormen van de europeesche naar de inlandsehe maatschappij, dan tot nu toe mo gelijk was. Door hunne vakopleiding waarborgen zij ons solider en bruikbaarder werk dan nu van den knoeienden inlander of Chinees over het algemeen verlangd kan worden en, hoewel de europeesche ambachtsman natuurlijk duurder zal zijn dan zijn bruine of gele con current, geloof ik tóch, dat menigeen, ja iedereen met vreugde meer zal betalen om eindelijk eens verlost te worden van de verknoeide producten der „goedkoope" inlanders. Ook andere voordeelen, welke verbonden zijn aan deze regeling, mogen niet uit het oog verloren worden door dengene, die voor het altruïstische idee van den soldatensteun niets voelt. We staan in Nederlandseh-Indië aan den vooravond van belangrijke sociale hervor mingen. De militaire deskundigen zijn het er vrij wel allen over eens, dat de tijd nadert, waarin ieder Indiër moet bijdragen tot de verde diging van Insulinde. Invoering van militieplicht voor alle Europeanen is nog slechts eene quaestie van tijd, en steeds meer stemmen ver heffen zich, om dezen tijd zoo kort mogelijk te doen zijn, zoodat, vooral met de bekende meening van den tegenwoordigen legercommandant te dien opzichte, voorstellen in dezen geest zeker spoedig verwacht kunnen worden. Doch daar het beroepsleger in onze koloniën toch altijd de hoofdzaak zal moeten blijven, zal deze militie hoogstens dienen als aanvulling van het zoo sterk mogelijke beroepsleger. Iedere blij vende versterking van leger en reserve zal dus een middel zijn om den druk dier gehate militie-plicht zoo licht mogelijk te doen zijn. De steun, aan den gepasporteerden militair bewezen, waardoor deze in Indië een behoorlijk bestaan kan verwerven, en de toeloop tot de wer ving bevorderd wordt, is dus voor den business-Europeaan eene indi recte premie tegen militie-plicht. In mijn vorig opstel betoogde ik, dat de doorvoering dezer denk beelden stellig eene groote verbetering van het gehalte der Europeanen in het leger zou veroorzaken. De betere toekomst, de mogelijkheid van een goed burgerbestaan lokt degelijker ambachtslieden tot dienst- nemenin het leger zelf zullen leegloopen en cantine-bezoek door nuttige bezigheid verminderen, en de wetenschap, dat in de éérste plaats de soldaten, welke zich door gedrag en werklust onderscheiden, geholpen worden, zal voor Jan-Fuselier een grootere steun zijn om niet naar den kelder te gaan, dan reglement van krijgstucht of de „klas"! En dit is van niet gering belang voor de ouders der aan staande militieplichtigen, die nu al reeds met een angstig hart zullen denken aan de funeste invloeden, welke de bestaande, eenigszins. eigenaardige opvattingen van onzen beroepssoldaat zullen uitoefenen op de onschuldige zieltjes hunner zonen, en stellig aan iedere poging tot verheffing der aanstaande kameraden hunner kinderen de behulpzame hand zullen reiken en wijd hunne beurzen daarvoor open willen zetten. Want waar ik in de bovenstaande regels het antwoord heb trachten te geven op de vraag: Waarom de indische maatschappij moet mede werken tot uitbreiding van het staande leger en tot steun der gepas- porteerde soldaten, moet het mij, bij het stellen der vraag: Hoe die I. M. T. 1911. 49

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 109