hem op Go. of teeken rechts en links „revieren", dat wil zeggen het terrein doorzoeken. Geeft de hond geen „luid" dan kan men er van verzekerd zijn, dat zich daar geen vijand in hinderlaag bevindt. Met ravijnen handele men op dezelfde wijze; alleenstaande, voorbij te trekken heuvels laat men eveneens eerst door den hond beklimmen. Op marsch loopt de hond op wenk van den geleider steeds 25 a 50 pas (afhankelijk van het terrein) voor de patrouille uit. Men kan er verzekerd van zijn, dat de hond geen hinderlaag, zelfs geen enkele man, verscholen aan den kant van den weg in slooten, boschjes, alang2 als anderszins, ongemerkt zal voorbijloopen. Oogenblikkelijk zal de hond front maken naar de plaats, vanwaar gevaar dreigt; door een onmiddellijk attaqueeren zal men dikwijls de hinderlaag in de pan kunnen hakken, al zal het misschien wel eens voorkomen, dat men ter plaatse alleen een zich in angst verborgen inlander of ander onschuldig persoon aantreft. Een hond is en blijft slechts een hond Na eenige oefeningen zal men met de meeste honden al direct aardige resultaten hebben. Wil men den vooruitloopenden hond werkelijk geheel in de hand hebben, dan dienen de oefeningen f tot en met j er goed in te zitten. Ook zal men veel nut van den hond hebben, wanneer men 's nachts op een bepaald doel afgaat na bekomen inlichtingen van spionnen, welke men niet geheel vertrouwt. Het onver wachts vallen in een hinderlaag is met een dergelijken hond werkelijk uitgesloten. 's Nachts kan het noodig zijn den hond aan nek of staart van een wit voorwerp te voorzien. Reeds bij vredesoefenin- gen des nachts in lastig terrein heeft men veel plezier van zijn hond. Als 't pikdonker is, is 't zeer moeilijk op een smal paadje te blijven loopen. De kortaangelijnde hond zal echter zijn baas steeds recht op het smalste pad houden en onaan gename misstappen voorkomen, hierdoor kan steeds zeer veel tijd bespaard worden, zoodat wel tweemaal zoo snel wordt gemarcheerd, als wanneer de voorste man voetje voor voetje den weg zou moeten zoeken. Bij nachtelijke oefening zal de 754 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 138