793 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT colonne onmogelijk was. Wanneer liet, trots die beveiliging, aan pa trouilles gelukt door de vijandelijke cavalerie heen op de flanken van den tegenstander te komen, dan is meestal niet anders dan een vluch tige waarneming uit de verte mogelijk, want die patrouilles zullen op hun hoede moeten zijn voor het vuur van de vijandelijke infanterie en zullen er voor moeten waken in hun gevaarlijken toestand niet ontdekt te worden. Wat tusschen de vleugel afdeelingen van den tegenstander plaats heeft, kunnen zij niet zien en dus ook niet melden. Als het terrein bebouwd is zal dit bovendien nog het uitzicht ten zeer ste beperken en bemoeilijken. De waarneming in front kan uit den aard der zaak evenmin goede resultaten opleveren. De patrouilles kunnen hoogstens zoo ver door rijden, totdat zij vuur ontvangen en kunnen dan melden, dat ze vuur ontvangen hebben; van welken troep en uit welke richting het vuur kwam, zullen zij in de meeste gevallen niet hebben kunnen waarne men. De vurende manschappen zijn in het terrein verborgen en het rookzwakke buskruit laat meestal niet toe waar te nemen waar de schoten gevallen zijn. Nadere inlichtingen inwinnen omtrent de vuur- stelling is te paard, wanneer men niet van verre een goed inzicht kan verkrijgen, als regel onmogelijk. De ruiter biedt een te groot doel om te paard zittende te kunnen waarnemen. Slechts patrouilles te voet kunnen gedekt zoo dicht naar bezette terreindeelen sluipen, dat ze iets kunnen zien. Achter het front is het meestal moeilijk de vijandelijke maatregelen te overzien, vooral in tijd van oorlog, omdat dan op de naar het gevechtsveld voerende wegen een druk verkeer plaats heeft. Wanneer het bij wijze van uitzondering gelukt van uit het terrein achter den tegenstander gelegen de opstelling van de vijandelijke re serves waar te nemen, dan is het nog altijd moeilijk, zoo niet onmo gelijk, om een bericht daarvan terug te zenden. Hier spreekt namelijk, afgescheiden van alle andere moeilijkheden, een factor mede, die over het algemeen te weinig in het oog wordt gehouden n. 1. de invloed van ruimte en tijd. De marschen duren in vredestijd even lang als in oorlogstijd, de gevechten echter niet. Hierdoor ontstaat bij elke vredesoefening een onjuist beeld, dat ook op de uitoefening van den verkenningsdienst van invloed is. Zoolang beide partijen ver van elkaar verwijderd zijn en marcheeren, verloopt alles als in oorlogstijd en de ordonnansen hebben tijd een voorsprong te nemen op de marcheerende colonnes, waarover zij heb ben te melden. De berichten komen dus te rechter tijd aan. Hoe dichter echter beide partijen elkaar naderen, des te kleiner wordt de voorsprong, des te later komen, met betrekking tot hetgeen waarover bericht wordt, de berichten binnen, totdat eindelijk de ordonnans, die meestal een grooten omweg moet maken, om het vijandelijk vuur te ontgaan en die ge woonlijk ook den persoon aan wien hij moet melden maar niet zoo dadelijk vinden kan, zoo laat moet aankomen dat, hetgeen waarover l) Cursiveering van den vertaler.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 180