798 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT berichten worden middelen aangewend, die in oorlogstijd onmogelijk zouden 2ijn toe te passen. Wie van de cavalerie bij het ontmoetingsgevecht een goede tactische verkenning vordert, bewijst zeer zeker, dat hij zijn vak niet verstaat en den toestand niet overziethij bewijst verder, dat hij de krijgs geschiedenis niet kent. Wanneer men die ter dege bestudeert, zal men er spoedig van over tuigd zijn, dat ofschoon in den oorlog de gevechten zeer veel langer duren dan in tijd van vrede, ook daar de tactische verkenning altijd is mislukt, omdat deze mislukken moet. Op de meest onvolledige be richten zijn dikwijls de meest beslissende operaties ondernomen, ge vechten en veldslagen begonnen, en een kritisch doordenken in den toestand toont in de meeste gevallen aan, dat het afwachten van meer volledige inlichtingen de nadeeligste gevolgen zou hebben gehad. De taktische verkenning is iets gemakkelijker dan hier voren werd beschreven, wanneer slechts een partij in beweging en de andere in stelling is, omdat dan het op elkaar stooten van de beide partijen tweemaal zoo veel tijd vordert en den tijd aan de verkenning en het overbrengen der berichten ten goede komt. Daarentegen moet men er in zulke gevallen rekening mede houden, dat de tegenpartij talrijke afdeelingen in het voorterrein gezonden zal hebben, om de nadering van vijandelijke verkenn ers naar zijn stelling te verhinderen. Hij zal in het bijzonder de goed uitzicht gevende punten in het voorterrein bezet hebben. Deze moet men in die omstandigheden met kracht van wapenen in bezit nemen en van daaruit met goede kijkers den omtrek afzoeken om de bezetting en eventueele versterking vast te stellen. Gelijktijdig met de waarneming uit de verte moeten patrouilles dichter tot de stelling doordringen, om waar mogelijk de voorste ver dedigingslinie en de vleugelsteunpunten vast te stellen. Hetgeen in de stelling zelf geschiedt, zal men slechts door waarne ming uit een ballon of uit een vliegmachine kunnen vaststellen. Ook omtrent vijandelijke stellingen zullen dus de resultaten van de ver kenning der cavalerie in den regel zeer gering zijn, zoowel in den oorlog als bij manoeuvres. Met het oog op de „kriegsmaszige" opleiding is het zelfs niet eens gewenscht, dat met de tactische verkenning in vredestijd betere re sultaten bereikt worden dan in den oorlog het geval zou zijn. Men doet veel beter met te zeggen dat, om overeenkomstig de wer kelijkheid te leeren handelen, men op het manoeuvre terrein met de zelfde slechte en weinige berichten zal moeten volstaan, als in den oorlog. Wanneer men nauwkeurig weet, waar de tegenstander marcheert, hoe sterk hij is en hoe hij zich gegroeppeerd heeft, hoeveel vlaggen bataljons er zijn, in het kort wanneer men zijne omstandigheden nauw keurig kent, dan wordt het aanvoeren een eenvoudige rekensom en eischt weinig besluitvaardigheid. Dat is ook de reden, waarom de aanvoerders bij manoeuvres steeds gaarne nauwkeurig willen weten, wat de vijand doet: zij willen hun taak verlichten, deels uit geestelijke gemakzucht, deels uit angst voor

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 182