802
INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT
2 rijdende batterijen, vermoedelijk te vermeerderen tot 8 voor 4
zelfstandige cavaleriebrigades,
3 afdeelingen a 3 batterijen en 3 zelfstandige bergbatterijen, 18 af-
deelingen en 10 bataljons zware artillerie, die in oorlogstijd 2 belege
ringsparken vormen (volgens bet Duitsche werk bestaan er 12 afdee
lingen en 24 bataljons vestingartillerie).
1. veldartillerie.
Elk regiment bestaat uit 2 afdeelingen a 3 batterijen a 6 stukken.
In oorlogstijd vormt ieder regiment een reserveregiment van 4 reserve
batterijen en een aanvullingsbatterij. Alsdan bestaan 150 veldbatterijen,
100 reserve-en 25 aanvullingsbatterijen.
Het materieel bestaat uit in Osaka vervaardigd Kruppgeschut van
7,5 eM, M'05, snelvuursluitstuk, hydraulisch geremde kanonterugloop,
kijkeropzet tot 6200 M. en voor grootere afstanden quadrant metinge
graven schop, 3,6 mï. dik schild, de raden worden geremd met
remschoenen. Op de affuit 2 aszitplaatsen, op den voorwagen drie
zitplaatsen.
De munitie bestaat voor 1/3 uit granaten, voor 2/3 uit granaat
kartetsen.
De vredessterkte der batterij is 5 officieren, 123 man, 62 paarden,
6 stukken; de oologssterkte 5 officieren, 154 man, 112 paarden, 6
stukken, 6 caissons.
De caissons vormen 2 afdeelingen, waarvan de eerste de batterij on
middellijk volgt, de tweede afdeelingen gevechtstrein worden per afdee-
ling van drie batterijen vereenigd. De regimentsmunitiecolonne be
staat uit 3 afdeelingen van 9 caissons, waarvan één slechts granaten
bevat.
Per stuk wordt beschikt over 36 schoten in den voorwagen, 100 in
den caisson, 75 in de regimentsmunitiecolonne, totaal 211 schoten.
De verdere aanvulling geschiedt uit de artilleriemunitiecolonnes, die
uit 46 wagens bestaat en 200 schoten per stuk bevat.
Aan gereedschap beschikt de batterij over 84 stuks (36 schoppen, 12
„krampen" (klemhaken), 18 pikbijlen, 6 pikken, 6 bijtels 6 handzagen).
2. rijdende artillerie.
Deze bestaat uit 6 stukken en 6 caissons per batterij. Het geschut
heeft een kaliber van 7,5 cM. met schroefsluiting en dateert van 1909.
Ballistisch onderscheidt het zich niet van het veldgeschut, het is alleen
lichter.
3 bergartïllerie.
Elke batterij is bewapend met 6 kanonnen van 7,5 cM. M' 09, ge
dragen door 5 dieren. Bij ieder kanon behooren 7 munitiedraagdieren,
hiervan volgt een achter het stuk, 18 in de eerste afdeeling gevechtstrein,
terwijl 18 de batterij reserve vormen. Bovendien heeft elke afdeeling
bergartïllerie nog een munitieeolonne. Het gereedschap wordt op een
dier vervoerd.
Vredessterkte der batterij: 5 officieren, 122 man, 37 paarden, 6 stuk
ken oorlogssterkte: 5 officieren, 196 man, 96 paarden, 6 stukken.