Gedurende de vlucht moet de waarnemer zijne kaart ge
oriënteerd hebben in de vliegrichting.
Voornamelijk zal bij verkenningen van belang blijken de
weinige zichtbaarheid van eene vliegmachine. Op afstanden
van 4 tot 5 K. M. zal zij nauwelijks zichtbaar zijn. In dit
opzicht vermeldt Streffleurs Militarische Zeitschrift Februar-
heft van 1910 het volgende:
„Met betrekking tot deze kwestie zij herinnerd aan de
„vlucht van Blériot in Weenen. Van den Stephantoren,
„welke slechts 5 K.M. in rechte lijn van de Simmeringer-
„heide verwijderd is, was de vliegmachine zelfs met een
„kijker niet meer te ontdekken, en kan men dus aan
nemen dat dit met het bloote oog op circa 3 K.M. al
„onmogelijk zou gebleken zijn. Een waarnemer, die op
„3 a 4 K.M. van het te verkennen punt kan komen, kan
„zien dus, zonder zelf gezien te worden, en dus tenge
volge daarvan ook niet beschoten worden."
Hierop zij echter aangeteekend dat het snorren van den
motor en de schroef reeds op groote afstanden de aanwezig
heid verraadt. Eene verkenning op 3 a 4 K.M. zal bovendien
niet veel opleveren en zal men dus moeten naderen tot
2 a 3 K.M.wat evenwel met betrekkelijk weinig risico zal
kunnen gebeuren.
Een der voornaamste vijanden van de vliegmachine is de
weersgesteldheid. Uit het voorgaande blijkt echter dat bij
een zeer krachtigen wind1) (16 K.M. in de seconde—Latham
in Blackpool, October 1909) toch nog wel gevlogen kan wor
den. Mochten er zich weersomstandigheden voordoen, waar
onder niet gevlogen kan worden, zoo lijkt mij dit toch geen
868
INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT
Meters
K.M.
1) Aard van clen Wind
P-
sec.
p. u.
Nauwelijks merkbaar
1
3.600
Frisch windje
6
21.600
Flink frisch windje, goed zeihv
eer
9
32.400
Lichte bries
12
43.000
Zeer krachtige wind
15
54.000
Zware hevige wind
20
72.000
Storm
27
97.000
Orkaan
45
109.000