INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 911 dant van den Commandant van het Leger zou dan moeten zijn: nor maal traktement f 500.en na 17 jaar dienst als officier f 575. Ook komt het gewenscht voor om aan de kapiteins intendanten een hoogere bezoldiging toe te kennen, dan aan de officieren der verschil lende wapens. De dienst der militaire intendance toch eischt bekwame officieren en de ervaring heeft geleerd dat het niet wel mogelijk is een voldoend aantal voor den intendance-dienst bekwame officieren uitsluitend te recruteeren uit het korps officieren kwartiermeesters, zoodat het streven er op gericht moet zijn om den dienst aanlokkelijk te maken voor troepenofficieren. De traktementsregeling der kapiteins intendanten zal om dit doel te bereiken, zijn te stellen als volgt: normaal traktement f 450.— per maand met 2 verhoogingen van f 75.en 50.respectievelijk na 17 en 20 jaren dienst als officier. Voor den directeur van de Militaire School en voor de maréchaus see kapiteins zal in verband met hunne bijzondere dienstverrichtingen een bezoldiging gelijk aan die van de kapiteins intendanten alleszins voldoende zijn te achten De magazijnmeesters die ook in den luitenantsrang lager worden bezoldigd dan hunne ranggenooten bij de verschillende wapens en diensten, kunnen bij behoud van het normaal traktement van 350. volstaan, met twee verhoogingen van 50.tot een maximum van f 450.'s maands. De maximum-traktementen van de militaire-apothekers en paarden artsen der le klasse thans respectievelijk f 500.en f 450.'s maands bedragende zullen bij deze regeling uiteraard ook op f 550.—moeten worden gebracht. De op blz. 912 gedrukte staat bevat een overzicht van de vigeerende en voorgestelde traktementsregelingen. De totstandkoming van den onderwerpelijken maatregel, die gepaard zal gaan met intrekking van verschillende alsdan niet meer noodig geacht wordende toelagen en wijziging van eenige gehandhaafd blij ven- de toelagen, vereischt eene vermeerdering der uitgaven van 67.300. On derafdeelin g 164c. Bij de begrooting van uitga ven voor 1911 zijn, zooals uit de Memorie van Toelichting op het betrekkelijk wetsont werp blijkt, fondsen tot een bedrag van 18.000.uitgetrokken, strek kende om aan de subalterne officieren die worden verplicht tot het houden van dienstrijpaarden bij eerste aanschaffing hiervan een grati ficatie toe te kennen van f 500.voor elk aan te koopen paard. Nog vóór de onderwerpelijke maatregel is kunnen worden ingevoerd, is er de aandacht op gevestigd, dat deze regeling eerst in de toekomst voor alle bereden officieren gelijk zal werken, doch minder billijk is te noemen tegenover het groot aantal officieren voor wie bij de tot standkoming der regeling reeds de verplichting tot het aanhouden van paarden zou bestaan. Daarom is een andere regeling ontworpen, die meer mét de eiscben der billijkheid strookt, zonder den Lande geldelijke offers te kosten. Afgescheiden van een toe te kennen maandelijksche assurantiepremie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 297