gelegenheid open kannen stellen voor ontwikkelde Inlanders om reserve-officier te worden, ten einde daarna met behulp dezer officieren vrijwilligerskorpsen op te richten, die dan benut zouden kunnen worden op de hierboven aangegeven wijze. Het geval echter, dat wij tegen eenen B.Y. alleen zouden staan, is niet aan te nemen, waar we zien, dat Nederland nog steeds eene eer volle plaats inneemt in de rij der Europeesche mogendheden, en hoe naijverig de grootmachten op elkaar zijn. Het politiek evenioicht is een factor, die onze bondgenoot zal wezen, wanneer eenmaal een al te begeerige hand naar ons mocht worden uitgestoken. Aan ons de plicht om te zorgen, dat het buitenland langzamerhand de overtuiging krijge, dat -Java een wespennest is, dat zich niet ongestraft laat aanpakken. Ik herhaal hier de woorden, boven dit op stel geschreven, dat het ons volstrekt niet zal schaden, als het buitenland weet, dat men niet ongehinderd zal landen. Die wetenschap toch zal hem bij eene landing uiterst voor zichtig doen zijn en op het moreel zijner troepen eenen weinig verheflenden invloed hebben. Mogen we eens wijzen op onze ervaring bij het landen op den door den I. Y. verdedigde kusten Het weerbaar maken van Java te beginnen met de kusten moet het ideaal zijn, waarnaar wij met inspanning van onze krachten streven moeten, want het is voor ons niet onbereikbaar, We hebben hiermee slechts een vluchtig overzicht gegeven van de meest noodzakelijke voorzieningen. De verpleging, de geneeskundige dienst wachten evenzeer op ingrijpende verbeteringen, willen deze hulpdiensten ons in de werkelijk heid geven, wat men er van verwacht. Ook de geldkwestie roerden we slechts met een enkel woord aan. Eene lezing van het artikel „Kriegführung und Geld" in de „Vierteljahrshefte" Heft 2 en 3 1907, versterkte ons nog meer in de overtuiging, dat ons ook op dit terrein groote moeilijkheden zullen wachten, en dat men wel zal doen deze tot een minimum te beperken, door den aanvaller bij het binnendringen van ons huis reeds aan de deur op te wachten. Is hij er eenmaal in, dan begint voor ons de el- INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 945 I. M. T. 1911. 64.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 331