middel, dat wij daartoe hebben aantewenden is drijven, door te drijven brengen wij de achterbeenen meer onder den last, waardoor de rug een opwaartschen boog en dus meer draag kracht krijgt; met dit drijven bereiken wij tevens nog iets anders, n. 1. dat het paard meer drang naar voren, meer looplust,meer schot krijgt. Indien wij in deze dressuurphase met de hand zwaar tegenstaan, teneinde een mooie halsvorm te verkrijgen, doen wij het zelfde als een fietser die zijn fiets met alle kracht vooruit wil trappen en tevens de rem aanzet, neen wij doen veel erger, want de fiets is slechts een machine, terwijl het paard een levend wezen is, dat ons begrijpen moet, wil het doen wat wij hem vragen. Welnu wij vragen hem om te loopen en houden hem tevens zoo vast, dat hij bijna niet loopen kan, wij begaan hier dus de ernstige fout dat wij het schot, de looplust onderdrukken nog voordat die looplust er is, terwijl wij tevens uitlokken tot verzet. De looplust, de impuls is de hoofdzaak voor den ruiter; kan men zich herzenloozer werk voorstellen dan het onderdrukken van de impuls voor zij eigenlijk nog aanwezig is, en vooral voor ons soldaten. Wat een geluk als men over een paard beschikt, dat steeds geneigd is om te loopen, dat men zelfs bij de zwaarste oefeningen, manoeuvres, afstands- ritten, officierspatrouilles niet behoeft aantedrijven. Zouden wij de domheid begaan die impuls in den dop te smoren? Er is nog iets andersdoor het paard van voren vast te hou den, maken wij hem het onderzetten van de achterbeenen moeilijker, want door het vast houden met de hand stijft het de halsspieren en daardoor het geheele lichaam, terwijl het zich juist „los moet laten" om de achterbeenen gemakkelijker onder te brengen. Wij zullen dus in het begin het paard in 't minst niet hin deren met het bit, maar ons uitsluitend er mede bezig houden het dier voorwaarts te drijven, opdat wij het ons zelf en het paard niet lastiger maken dan noodig is. Sommige paarden zul len bijna met den neus over den grond gaan loopen, probeeren wij vooral niet om nu dadelijk den hals naar boven te trekken, want het paard zou antwoorden met in den teugel te gaan boren. Sommige paarden met veel temperament vertoonen misschien wat veel drang naar voren, men ziet nu vaak, dat de ruiter de 956 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 342