bovenkant raken fig. 1, en dat dit punt overeenkomt met het onderste zichtbare deel van het doel. Juist bij de nieuwe schietmethode zou deze vizierinrichting zoo uitnemend tot zijn recht komen, daar het zelfs voor zeer middelmatige schutters met middelmatige oogen na eenige oefening toch niet moeielijk meer kan vallen, om vlug de korrel in de keep en op het doel te brengen. De beide kromme lijnen willen zeer gemakkelijk elkaar raken, en van het zoeken naar een denkbeeldige lijn of punt als bij de tegenwoordige vizier inrichting is hierbij geen sprake. Bij het nemen van grof korrel als in fig 2, springt de gemaak te fout zoo helder in het oog, dat deze gemakkelijk te verbe teren is, evenzoo bij het nemen van fijn korrel fig 3, waarbij de keep van boven geheel ongevuld is. Eveneens bij het klem men van den korrel als in fig 4, springt de fout helder in het oog. De schutter kan alzoo in korten tijd met deze zeer eenvou dige vizierinrichting zich de schietvaardigheid eigen maken, en vertrouwen stellen op zijn vuurwapen. Conclusiede nieuwe schietmethode hlijve gehandhaafddoch men geve den oorlogsschutterinstede van een concoursgeweer een oorlogswapen en oefene hem uitsluitend op oorlogsdoelen. H. A. Stork. Ie. Luit. der Inf. N. L. ged. hiel Landmacht te Curagao. 652 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 34