huchfoaart. De eerste Dederlandsche officier-Dliegenier. Onder dit opschrift vermeldt „De Luchtvaart" No. 18 van dit jaar het volgende. In den avond van den 30sten Augustus j. 1. heeft de eerste-luite- nant der artillerie van het Nederlandsch-Indisehe leger, H. Ter Poorten, te Genck in België, aan de eischen ter verkrijging van het vliegbrevet voldaan. Het door hem gebezigde vliegtuig was eene biplaan de Brouckère, militair type, waaromtrent een en ander is medegedeeld ge worden in De Luchtvaart No. 1G. (blz. 309 v. g. g Dit toestel was- voorzien van een 70-paards Gnóme-motor en eene de Brouckère-schroef. Eerst maakte luitenant Ter Poorten eene hoogtevlueht op ru:m 100 M. hoogte, daarna volbracht hij twee seriën van 5 achten, welke ieder ongeveer 15 minuten duurden, daar er vrij veel wind stond. Een dag te voren had de heer ter Poorten zulk eene serie afgelegd in 11 min. 40 seconden. Binnen enkele dagen zal hij nu eene nieuwe biplaan te Kiewit in vliegen, met welk toestel hij naar Holland hoopt te komen. Vervolgens wil luitenant Ter Poorten trachten tevens zijn brevet te behalen op eene monoplaan, eveneers vervaardigd door den heer de Brouckère. Ook dit toestel moet eerst nog worden ingevlogen. Vermeld dient te worden, dat onze luitenant tijdens zijne opleiding niets heeft gebroken. Dit komt slechts zeer zelden voor. Luitenant Ter Poorten is de eerste actief dienende Nederlandsche officier, die het brevet als vliegenier heeft verworven, (de heer La- bouctère is reserveofficier), tevens is hij de eerste die zijn brevet op de toestellen de Brouckère heeft behaald. Zeer zeker komt den heer Ter Poorten een woord van lof toe voor den on vermoeiden ijver en de toewijding, waarmede hij zich aan de vliegkunst heeft gewijd. Wij wenschen hem van harte geluk met het verkregen succes. Vliegeniers als de heer Ter Poorten (die tevens bal- loncommandant is) hebben wij hard noodig, en wij zijn overtuigd, dat hetgeen door hem op vlieggebied zal worden verricht, niet alleen aan da vliegsport, maar ook aan de vliegtechniek ten goede zal komen. Een woord van hulde aan het Departement van Koloniën, dat den Indischen officier op onbekrompen wijze in staat heeft gesteld zich in de vliegkunst te oefenen, mag hier niet achterwege blijven. Het is te hopen, dat. door „Oorlog" dit goede voorbeeld spoedig moge worden nagevolgd. Zoo langzamerhand genieten wij anders het voorrecht, als een unicum in Europa te worden beschouwd voor wat betreit het niets doen op het gebied der militaire luchtvaart.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 391