Bet kaliber Draagstuk der Bergartillerie, (VerDolg Den blz. 988.) In het voorgaande hopen we aangetoond te hebben, dat de gunstige spreidingsgetallen uit de schootstafel van het Fransche bergkanon in het geheel niet onwaarschijnlijk zijn, en dat het aanbeveling verdient de Duitsche literatuur over de Fransche wapenen niet dan uiterst kritisch te lezen. Wanneer nu de lengtespreidingen gering zijn en de baan is bestreken, hetgeen bij groote belasting op de dwarsdoor snede het geval is, dan zijn zeer kleine hoogtespreidingen daar het gevolg van, zoodat we mogen aannemen, dat dit 6.5 cM. geschut een zeer groote trefkans bezit tegen verti- kale doelen i. c. schildartillerie. Dit is hoogstwaarschijnlijk een van de groote voordeelen, die bij de keuze van het klein- kaliber berggeschut in de verschillende landen den doorslag hebben gegeven. Doch er is meer. Als onvermijdelijk gevolg van het grooter worden van het kaliber, de aanvangssnelheid en het projectielgewicht wordt ook het gewicht van het stuk grooter en wat dit betreft is men aan nauwe grenzen gebonden, te weten a. Het draagvermogen per dier. b. Het aantal lasten. c. Handelbaarheid in het terrein. ad a. Algemeen wordt aangenomen, dat de totaal be lasting per dier de 150 KG. niet veel mag overschrijden en men zoo mogelijk nog onder dat gewicht moet blijven. Men ziet dan ook algemeen de lasten ongeveer 150 KG., behalve een of twee, die ter wille van een gering aantal dieren tot ongeveer 160 KG. worden opgevoerd in den regel die lasten, waarbij het zwaartepunt gunstiger (lager) is gelegen—. Wat betreft het munitie-dier kan de last door de lagere ligging van het zwaartepunt tot 160 KG. worden opgevoerd. Deze belasting moge voor Europeesche toestanden toelaat- I*. M. T. 1911. 68

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 403