BeschouiDingen ouer geiueeiloestelletjes
tot bet beletten of bet tegengaan
nan bet te boog schieten op
het genechtsneld enz,
(Veruolg Dan blz. 574),
In ons vorig hoofdstuk zagen we, dat een veelvuldig gebruik
der associatie banen deze voor dat gebruik meer geschikt
maakt, tengevolge van physiologische verandering dier banen
door dat gebruik ontstaan. Die physiologische veranderingen
verklaren, hoe't mogelijk is, dat uit eene voorstellingsrij leden
wegvallen, zoodat b. v. het zien van een wolk dadelijk aan
de paraplu doet denken, ofschoon toch zeker oorspronkelijk
voorstellingen als „regen" en „nat worden" ook verlevendigd
werden.
Op dit overspringen van voorstellingen nu berust voor een
groot deel wat men in 't dagelijksch leven gewoonte noemt.
Het zien van de noten van een piano is voor den pianist
voldoende tot het optreden der spiergewaarwordingen, noo-
dig voor het aanslaan der toetsen. Indien hij onder zijn spel
zijne bewegingen wilde ontleden, zou hij niet ver komen.
Die bewegingen spelen zich af onder den rechtstreekschen
invloed van lagere centra, doch uit het feit, dat b. v. het
aanslaan van verkeerde noten terstond gemerkt en verbeterd
wordt, blijkt dat het bewustzijn waakt en leidt. (Zie hier
omtrent het vorige hoofdstuk: „alle lagere centra staan onder
den invloed van hoogere").
Op gelijke wijze spelen zich de gecompliceerdste bewegingen
af', welke oorspronkelijk niet dan na langdurige oefening wer
den aangeleerd.
In ons vorig hoofdstuk zagen we reeds dat een eenmaal
verkregen geschiktheid tot het vormen van associaties door
oefening moet worden behouden.
We kunnen dus thans de volgende conclusie stellen: de
juist snelle aanslag is aan te leerenveel oefening is daarna
echter beslist noodzakelijk om het geleerde te behouden.