Wat hebben we, als we den j. sn. aanslag kennen, daar mee bereikt? Dat we op het schijfschietterrein den j. sn. aanslag be hoorlijk verrichten. Zal op het oorlogsveld iets van den j. sn. aanslag terecht komen Hoewel het intellect in 't dag. leven bijna alles aan onderge schikte centra overlaat, behoudt we herhalen het nog eens het intellect de leiding. Op het oorlogsveld ontbreekt die leiding echter geheel (volkomen correct we zullen dit latei- zienis hierop het principe van den j. sn. aanslag gebaseerd en tot zoover is dus alles wetenschappelijk juist). Bleef het hier nu bij, dan behoefde ik niet verder te onderzoeken; de j.s.n. aanslag zou beslist ook op het oorlogsveld tot uiting komen. Doch op het oorlogsveld wordt die leiding (voor zoover men bij gevoelstoestanden van leiding spreken kan) geheel of gedeeltelijk door het gevoel overgenomen en zulks afhan kelijk van den pbysiologischen aard van het individu en de intensiteit der optredende gevoelstoestanden. Hoewel zakelijk wenschende te blijven, wil ik den enormen invloed van een der meest intensieve gevoelstoestanden „de vrees" met het volgende voorbeeld illustreeren. In de verwarring, die op een nederlaag volgt, slepen de ontzenuwde machtelooze soldaten zich met moeite langs den weg voort. De toestand van moedeloosheid, waarin ze verkeeren, maakt dat ze onmachtig zijn zich te verzetten tegen ongemakken, welke in vredestijd zonder moeite verduurd werden. Hud gezwollen voeten, hun lamgeslagen beenen ma ken hun het loopen onmogelijk. Troepen achterblijvers zak ken in elkaar langs den weg, ieder zijgt neer van vermoeienis. Eensklaps doet zich de kreet hooren „de vijand." Oogen- blikkelijk krijgt ieder weder net gebruik zijner beenen terug. De stijve lendenen richten zich op, de knieën worden gestrekt, de stramme voeten steunen krachtig op den grond en zij, die zoo even niet meer konden, zetten het op een loopen. Hun spieren hadden hun arbeidsvermogen niet verloren, maar de wil was geen voldoende prikkel om ze in werking te bren gen. Daartoe was krachtiger prikkel noodig: „de vrees." 1054 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 444