daarna op juist schieten is, in verband met de beschikbare
elementen, uit den booze, omdat daardoor in de meeste ge
vallen het doel niet kan worden bereikt.
Het voorbeeld op blz 387 I. M. T. No. 4 kan mij hiervan
niet afbrengenzelf op de schietschool geweest zijnde, weet
ik te goed, hoeveel oefening voor ambitieuze, goed onderleg
de schutters noodig is om volgens de methode Fabius een
behoorlijk schutter te worden.
Het ontbrak ons daar gedurende 3 maanden allerminst aan
oefening en evenmin aan ambitie voor de goede zaak, maar
achteraf bleek toch, dat wij nog alles behalve goede schutters
genoemd konden worden, niettegenstaande wij dagelijks een
onbeperkt aantal patronen konden verschieten en hier ook een
ruim gebruik van maakten. De animo werd hierbij, nog ver
hoogd, door de slechtste schutters steeds de traditioneele kop
chocolade, pannekoeken enz. enz. te laten betalenonze tijd-
passeering gedurende de rust. Een gezellige tijd, waaraan ik
nog met zeer veel genoegen terug denk.
Onze instructeur had er slag van de ambitie er iu te hou
den en wij betreurden het dan ook, dat de detacheering zoo
kort duurde.
Voorwaar, alle omstandigheden, zóó gunstig, als maar eenigs-
zins denkbaar was, dus een groot verschil met die, waaron
der de troep wordt opgeleid.
En als bewijs, dat onze klasse de slechtste niet was, moge
dienen, dat wij bij het individueel en het gezamelijk schieten
bij het einde van den cursus, respectievelijk de 3 eerste prijzen
en een grooter aantal treffers behaalden dan de Hollandsche
klasse, die door den eminenten kapitein Fabius was opgeleid.
Nu zou mij gevraagd kunnen worden, hebt gij da.n geen voor
beelden gezien van personen, opgeleid volgens de opleidingsme
thode Fabius die het daarin zeer ver gebracht hadden Wel zeker
De nooit volprezen Fabius schutter (Job) Weegeioijseen
man met een onuitputbaar geduld, onverdroten ijver en een
jarenlange oefening, die prachtige resultaten behaaldeAls
onze schutters het tot de helft van de geoefendheid van Wee
gewijs konden brengen, zou ik de methode nog zeer toejuichen,
maar ook zoover zullen wij het met ons materiaal niet brengen.
680
INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT