Febr. 1912.] Boekbeoordeeling. 222 de binnenlanden van Pelembang nog yeel tot stand te brengen, terwijl een groot deel van Java's overbevolking hier een goed bestaan zou vinden. Daartoe uitgelokt door het voorbeeld van zijn collega's op Java, geeft dc brigadechef nu ook een beschrijving van den Dempokrater. Op bladz. 30 treft ons de mededeeliug, dat een opuemer, die een terrein in de kuststreken behoorlijk heeft afgewerkt, tot belooning een veelhoek in de bergstreken krijgt. Ofschoon die maatregel slechts te loven is, zou een meer klinkende waardeering niet onverdiend zijn 1 Trouwens wat gebeurt er, wanner het werk niet goed is Moet de ongelukkige dan dood gaan Naar we vernemen wist de Hoofdinge nieur, Chef van aanleg van Staatsspoorwegen reeds gunstiger voor waarden voor zijn personeel in Zuid-Sumatra te bedingen. De aard der werkzaamheden en de moeielijkheden, waarmede die gepaard gaan, rechtvaardigen een ruimere betaling ten volste. Ci- teeren we even „Den opnemer van Hout trof het ongeluk bij eene meting op „de hellingen van den Goenoeng Bépagoet door een aardstorting „(een gevolg van de hevige regens) te worden overvallen- „Twee zijner koelies verloren hierbij hot leven. Door het teloor „gaan van een meetboek was hermeting van een gedeelte van „den Barisan noodig. „Yeel werd van het physiek en het uithoudingsvermogen der „opnemers gedurende de metingen van den boogen en veelal steilen „Barisan-kam gevergd. Bij een eenigszins langen duur hadden „zij veel van regen en koude te lijden. Moeielijke opvoer van „water en levensmiddelen en verdwalen der koelies maakten, dat „zij dikwijls op rantsoen moesten leven." en een eind verder: „De opnemers hebben in de kuststreken en in de vlakke laag landen echter een zeer zware taak; om hun werk goed te verrich ten hebben zij dikwijls dagen achtereen door moerassen of door „rivieren met modderbeddingen te waden, om 's nachts hun bivak „te moeten betrekken op een taiang tusschen den modder, zonder „goed drinkwater te vinden". „Bij het opmeten van den bovenloop der SSpoetih werd een „instrumentdrager, die vlak naast den opnemer liep, door een „krokodil weggesleurd." „De grootste moeielijkheid levert het vinden van goede stand plaatsen voor de opnemers op, daar in de kampongs in het bin- „nenland zelfs de eenvoudigste levensmiddelen op den duur niet „tegen betaling te verkrijgen ziju en het onmogelijk is er een huis „te huren." 1) Over het algemeen behoort het personeel op de Buitenbezittingen beter betaald te worden dan dat op Java, trouwens de geheele inkomstenregeling van den Topographischen Dienst eischt dringend herziening. In de eerste plaats afschaffing van het daggeldenstelsel, dat al finaal veroordeeld is door het feit. dat iemand die het meeste buitenwerk verricht, relatief de minste inkomsten heeft.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 112