Fobthonden. [Febr. 1912. gemaakte fout: honden van een ras, geschikt om afgericht te worden tot politiehond, bij voorbaat al „politiehond" te noemen De rassen besprekende, welke in aanmerking komen, beveelt de schrijver in 't bijzonder den Dobermann-pinscher aan, en zegt o. a. „Der Fortwachhund darf keine sonderliche Haarpflege be- anspruchen dies ist beim kurzhaarigen Dobermannpinscher mit seinem Foxterrierarbeitskittel der Fall. Er musz jedem Wetter und Klima standhalten; die warme Unterwolle unter dem Kurzhaar, die der Dobermannpinscher vom Schaferhund hat, schützt ihn genügend und laszt ihn jedes, selbst das russische Klima ertragen 2)." Het is te betreuren, dat deze schrijver totaal niet vermeldt, op welke wijze hij de forten wil laten bewaken. Niets geeft daaromtrent eenige aanwijzing, doch vermoedelijk acht hij de aanwezigheid van den hond voldoende, en bedoelt hij een voudig den hond bij een of andere wacht te plaatsen, als hij zegt:„bei einbrechender Dunkelkeit aber wird ihn sein Besitzer gewisz gern als Fortwachhund zur Yerfügung stellen." Ik voor mij zou wel ernstige bezwaren hebben mijn hond 's nachts uit handen te geven. Antwoord van den heer Kessler op een desbetreffende vraag: „De politiehond kan nooit tegelijk R. K. hond zijn: het afwijkend principe hunner opleiding verhindert dat. De poli tiehond staat vijandig tegenover den persoon, dien hij moet opzoeken (vergelijk de desbetreffende dressuurhandleidingen van verschillende schrijvers), de R. K. hond is den gevondene vriendelijk gezind: in sommige landen draagt hij in zijn tasch zelfs een verkwikkenden dronk mede voor den gewonde, zooals de St. Bernardhond van het Klooster een kruikje bran- 171 1) „Kittel" is „kiel." Niet ons kittelen s. v. p.! 2) In het werk van Rothpletz vind ik vermeld als eenigste gebrek van den Dobermann, dat hij wat kouwelijk is. Daarover dus zelfs verschillende meening en. Men stelle zich intusschen de warme onderwol niet als een dikke vacht voor.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 61