"Van Alles Wat.
[Febr. 1912.
onder Japansch bestuur, bezit Japan de bekende havens Dalny en
Port-Arthur.
Dalny door de Japanners Dairen genoemd, is het uitgangspunt van
den Zuid-Mantsjoerijschen spoorweg en als zoodanig van groot belang
voor den uitvoerhandel van Mantsjoerije. Het bezit belangrijke ha
veninrichtingen, welke nog steeds uitgebreid worden, reparatiewerken,
zoowel van de Zuid-Mantsjoerijsche spoorwegmaatschappij, als van de
Kawasaki-werf te Kobe, spoorwegwerkplaatsen, e. d. Yeel vertier is
er niet.
Port-Arthur is ook in handen der Japanners eene oorlogshaven ge
bleven, doch van veel minder belang dan in den tijd, toen het nog
aan de Russen behoorde. Voor de Russen waren Port-Arthur en Dalny
ijsvrije uitgangspoorten voor hun reusachtig Siberisch rijk en was
Port Arthur een hoogst belangrijk steunpunt voor hunne vloot, tot be-
heersching van de zee in het Verre Oosten. Hu beide plaatsen in
handen der Japanners gevallen zijn, leiden de Russen den uitvoer
van Siberië langs andere, hoewel minder gemakkelijke wegen, terwijl
na de vernieling van de Russische vloot in Oost-Azië en het terug
dringen van de Russen uit Zuid-Mantsjoerije, Port-Arthur alleen in
geval van een oorlog tegen China als oorlogshaven voor Japan van
belang kan zijn en dan nog alleen, wanneer China over eene talrijke
en goede zeemacht beschikt en dat is in afzienbaren tijd niet te ver
wachten. Het is dan ook begrijpelijk, dat de Japanners Port-Arthur
laten voor hetgeen het is. Alleen de versterkingen op het zeefront,
nl. op Lao tieh shan, op den Tijgerstaart, op den Gouden Heuvel,
het fort Lao lu tsui en de versterkingen op den Zilveren Heuvel zijn
gehandhaafd. Noch de befaamde 203 M. heuvel, noch de fortengroep
Sung shu shan - Erlungshan - Tung chi kuan shan, waarvan de val
over het lot der vesting in 1904/05 besliste, zijn versterkt of hersteld;
met uitzondering van het drietal forten I tsu shan, Hsiao an tsu shan
en Ta an tsu shan zijn er geen versterkingen hoegenaamd op het
landfront en zeer terecht. Immers, onder de tegenwoordige omstan
digheden is Port-Arthur voor de Japanners alleen van belang als een
steunpunt voor oorlogsvaartuigen, welke voor den dienst in de golf
van Pe chi li bestemd zijn, en verder, evenals Dalny, als ontschepings
plaats voor troepen, welke voor een optreden in Mantsjoerije aange
wezen zijn en de Japansche vloot is volkomen in staat te verhinderen,
dat of de Chineesche, of de Russische zeemacht in Oost-Azië, beide
in haar tegenwoordigen vorm hier storend optreden. Dalny is dan
ook heelemaal niet versterkt. Aan de landzijde worden beide plaat
sen door de vooruitgeschoven Japansche troepen gedekt. Eerst wan
neer China of Rusland in Oost-Azië over eene belangrijke zeemacht
beschikken, wordt het voor Japan tijd meer aandacht te wijden aan
bevestiging van zijn bezit op Kwantung. Tegenover China wordt
Port-Arthur dan eene basis voor alle maritime operatiën in de golf
van Pe chi li, waartoe het buitengewoon gunstig is gelegen. Tegen
over Rusland blijft, ook in dat geval, Port-Arthur tengevolge van
zijne ligging van secundair belang, al is de zeeweg Kwantung-Japan
179
