Maart 1912.] Het tactisch gebruik van Mitrailleurs. vuur ontvangen, onverwijld van stelling kunnen verwisselen en dan een andere, reeds vooraf gereedgemaakte, dekking vinden. Teneinde in dringende gevechtsomstandigheden, een plaat selijk ingrijpen mogelijk te maken, verdient het geen aanbe veling alle, in de stelling aanwezige, mitrailleurs aan vaste opstellingsplaatsen te binden, doch zal men althans een klein deel voorloopig achter houden. Ontbreekt tengevolge van de gesteldheid van het terrein de opstellingsruimte voor voldoende Infanterie, of wel worden voor de vuurstelling doode hoeken gevormd, dan kunnen deze bezwaren door het gebruik van enkele mitrailleurs worden opgeheven, waarbij zij, aan een vaste opstellingsplaats ge bonden zijnde, op voldoende wijze tegen artillerievuur be schermd moeten zijn. Eene plaatsing op saillanten of op de vleugels verdient dan veelal aanbeveling. Aangezien aan een verdedigend optreden meermalen een later offensief ten grondslag ligt, zal in de meeste gevallen slechts een deel van de verdedigende troepenmacht uitslui tend voor het defensief zijn aangewezen. De eisch om den tegenaanval met zooveel mogelijk troepen uit te voeren, zal menigmaal oorzaak zijn dat een groot deel der stelling slechts zwak wordt bezet, in welk geval de mitrailleurs een welko me vuurversterking bieden. Ook tot het onder vuur nemen van troepen, die de voor gelegen hindernissen trachten op te ruimen of te overschrijden, leent de mitrailleur zich bij uitstek. 248 In de art. 35, 36 en 37 van het Russische voorschrift op de pionieroefe ningen van de Infanterie van 25 Juni 1909 worden als maten voor een em placement voor één mitrailleur opgegeven een breedte van 3 en een lengte van 5 pas, terwijl bij een aanslaghoogte van 70 c.M. de vuurlijn zich op plus 0,35 bevindt. In 2 uur tijds kunnen 7 man een emplacement voor 2 mitrailleurs (met daartusschen een schuilplaats op 1.42 M.) gereed maken 1). Zie, voor vluchtige versterking, het artikel »Taktisch gebruik van mitrail leurs" door Kapitein Verberne 2). Generaal Nogi schrijft hieromtrent onze grootste en meest te duch ten vijanden waren de op 100 M. voor de Russische loopgraven opgestelde 1) Zie voor schetsen enz. La Revue d' Inf. 15 October 1909 biz. 352. 2) De Militaire Spectator 1911 No, 10.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 20