Maart 1912.] Kalibervraagstük der berg-artillerie.
Wat heeft de Infanterie aan de Artillerie, wanneer deze
steeds te laat komt, of wel tengevolge der afgematte dieren
geheel niet komen kan, waar ze wezen moet?
Op blz. 36 lezen we, dat het Fransche Bergkanon van 6.5 cM,
voornamelijk bestemd zou zijn voor Algiers en Marokko en
dat bij de keuze van dit stuk op den voorgrond zou zijn ge
steld, een stuk bestemd voor den strijd tegen een minderwaar
digen tegenstander. Dit nu is niet juist. Het Fransche berg
kanon van 6.5 cM. maakt deel uit van de bewapening van
het Moederlandterwijl eerst kort geleden ook voor de Ko
loniën hetzelfde kanon is aangenomen. nadat de aanschaf
fing van Berg-Artillerie aldaar vertraging had ondervonden,
omdat eerst als eisch was gesteld een zelfde projectiel voor
Veld- en Berg-Artillerie.
Op de volgende bladzijde worden de groote voordeelen be
sproken van de zelfde projectielen bij de Veld- en bij de
Berg-Artillerie. Vermeld wordt bovendien, dat het opleggen
van een voldoenden voorraad voor oorlogsgebruik hier niet
kan geschieden, omdat de „tand des tijds" hier erger knaagt
dan elders en de boel bederft.
We kunnen den majoor G. in dezen geruststellen; deze
invloeden doen zich op het staal der projectielen (die boven
dien inwendig gevernist en uitwendig geverfd zijn) al wei
nig gevoelen, terwijl de buizen en ladingen luchtdicht wor
den opbewaard. Voor onmiddellijke verstrekking behoeft
slechts een klein gedeelte, voor gebruik gereed, te worden
opgelegd en wel dezelfde hoeveelheid, onverschillig of men
dezelfde projectielen bij Veld- en Berg-Artillerie heeft of
niet. De overige ledig opgelegde projectielen kunnen worden
geconfectionneerd, zoodra zulks noodig is. Een voor den krijg
geheel voldoende hoeveelheid munitie op te leggen, is een
practische onmogelijkheid; volstaan wordt dan ook met een
zoo ruim mogelijken voorraad.
Wij betoogden nu in ons vorig artikel, dat het hebben
van verschillende projectielen voor Veld- en Berg-Artil-
266
1) Mitt. 1911 7e Heft.