De Topograph. dienst en zijne open formatie. [Maart 1912.
voren, doch, gegrond zijnde op recht en billijkheid, zou zij
naar onze overtuiging geen verloop tengevolge hebben, wat
van de bestaande bepalingen niet mag worden verklaard.
Hoe geheel anders men zich ook eene regeling moge den
ken, elke zal goed zijn te achten, die aan het stelsellooze
van thans voor goed een einde maakt.
Het is de ontstentenis van de hiervoren bepleite rege
lingen, welke de algeheele toewijding aan hunne betrekking
van de officieren-topograaf belemmert, hun studiezin knot
en het dienstvak niet gelijkwaardig maakt met de andere
wapens en dienstvakken in het leger en met de overige
takken van staatsdienst daarbuiten. Zij kan zelfs uitgelegd
worden als een bewijs eener mindere appreciatie, terwijl,
zeker niet het minst door de wijze, waarop de Topogra-
phische dienst ook onder moeilijke omstandigheden zijn veel
omvattenden taak ten uitvoer legt, voor waardeering alle
redenen bestaan.
Aan de onoordeelkundig toegepaste open formatie is het
te wijten, dat den Topographischen dienst stelselmatig elke
regeling wordt onthouden, waarop dat dienstvak aanspraak
kan maken ter verkrijging van eenig relief en van meer
samenhang; daaraan de schuld, dat de Topographische dienst
bij algemeene regelingen, het leger betreffende, onopzet
telijk wordt voorbijgezien, als ware het niet der moeite
waard daarbij ook aan dit dienstvak als eenheid te denken.
Wil een militair instituut, dat samengesteld moet worden
uit ongelijksoortige bestanddeelen, in staat zijn zooveel mo
gelijk te beantwoorden aan het met hare oprichting beoogd
doel, dan worden leert ons het wezen en de practijk der
militaire samenleving daartoe maatregelen vereischt, die
het een samenhangend, homogeen lichaam doen worden. Die
maatregelen moeten derhalve er op berekend zijn, verschillen
in het aangewende materiaal zooveel mogelijk te vereffenen,
en daartoe behooren zoowel een uDiformeering en gelijkluidende
283
1) In zake beoordeeling van officieren, kleeding enz.