Maart 1912.] De Handleiding- v.d. Optisghen Seindienst. onderhouden worden. Anders is „geen systeem" het beste in de practijk. Tjimahi8 Januari 1912. C. W. Geeklings. Ie Luitenant der Genie. Daschrïft. Gevolg gevende aan eene uitnoodiging van de redactie, om mijne meening te willen bekend stellen ten aanzien van de hiervoren betoogde wenschelijkheid tot wijziging van enkele paragrafen van „de handleiding voor den optischen seindienst," wordt het volgende aangeteekend. Het schijnt niet mogelijk een seinvlag vast te stellen, die op alle afstanden en in alle terreinen goed voldoet. Yan daar dat bij de verschillende legers tal van soorten in gebruik zijn. Wij kunnen daarom niet toegeven, dat de door S. genoemde vlag overal beter zou zijn dan de halfrood-halfwitte of de halfzwart-halfwitte. Naar mij bekend is, werd kort geleden eene witte vlag met twee blauwe banen er over door den Commandant van het Korps Genietroepen als de beste aan bevolen; thans zou eene vlag met eene zwarte streep midden op het witte veld weer de beste zijn. 't Lijkt ons daarom beter de ervaring bij den troep over een niet te kort tijds verloop af te wachten, alvorens verandering te overwegen. Dat een 3-deelige stok van twijfelachtige bruikbaarheid zou zijn, kunnen wij evenmin onderschrijven. Tot de uit rusting van de patrouille-telefoon van het escadron cavalerie te Batavia behooren b. v. uit meerdere leden bestaande bam boestokken, welke zeer licht en stevig zijn. Een 3-deelige seinstok verdeelt men natuurlijk in 3 gelij ke of ongeveer gelijke deelen, daar dit voor het transport het gemakkelijkst is. Normaal wordt met de bovenste twee dee len geseind, dus met een stok van 1.40 M. Er zijn echter gevallen, dat een lange stok van veel nut kan zijn (achter 294

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 68