Van Alles Wat. [Maart 1912. 311 schap kunnen -wachten, doch zullen de manschappen zelf hun voedsel moeten bereiden, tenzij het gereed voor onmiddellijk gebruik gevon den wordt, hetgeen natuurlijk eene uitzondering is. De eetketel is ingericht tot het koken van rijst; om brandstof uit te sparen, com bineeren de manschappen zich gewoonlijk tot kleine groepen, zoodat slechts één vuur voor meerdere eetketels gebruikt wordt. Veelal neemt de man, bij wijze van tweede ontbijt, eene zekere hoeveelheid gekookte rijst in den eetketel mede, om te gebruiken, wanneer de tijd tusschen ontbijt en avondmaal te lang zijn zal, om zonder voedsel te blijven. Natuurlijk wordt die rijst koud, maar dat is voor een Japanner geen bezwaar, daar hij meestal warme thee over zijne rijst giet. Echter kan te velde daar niet op gerekend worden, doch een Japanner schikt zich bijzonder gemakkelijk in het onvermij delijke, wanneer hij zijne rijst maar heeft. Bij manoeuvres en oefeningen nam ik dikwijls waar, dat de man een dagration rauwe rijst medevoerde, dat hij natuurlijk zelf toeberei den moest. Het vraagstuk van het noodration is in Japan nog niet op bevre digende wijze opgelost. De oplossing is hier moeilijker dan elders, omdat men rekening moest houden met de zeer besliste voorkeur, welke een Japanner nu eenmaal voor rijst heeft. Men heeft gemeend het vraagstuk te kunnen oplossen door gedroogde rijst, zooals dikwijls door houthakkers, enz. medegenomen wordt, in het noodration op te nemen. Echter voldoet rijst in dezen vorm niet aan den eersten eisch van een noodration, n. 1., dat het voor onmiddellijk gebruik geschikt is, daar kokend water vereischt wordt, om ze eetbaar te maken. Op grond van deze overweging heeft men de gedroogde rijst in het noodration door hardbrood vervangen, zooals ik gedurende de Keizer- manoeuvres vernam en mij ook aan de militaire fabriek van verduur zaamde levensmiddelen te Tokyo uitdrukkelijk verzekerd werd. Zonder twijfel is hardbrood beter dan gedroogde rijst geschikt voor noodration wanneer de manschappen den ganschen dag, of nog langer, in de ge vechtslinie moeten doorbrengen, zonder dat het mogelijk is het eten klaar te maken of van achteren aan te voeren, dan kunnen zij daar mede hun honger stillen. Maar de Japanners houden nu eenmaal niet van hardbrood en nu hoopt men wel hen door periodieke verstrekking in vredestijd eraan te gewennen, zooals boven reeds medegedeeld werd, doch het is twijfelachtig, of dat spoedig gelukken zal Alzoo bestaat het noodration thans uit één blikje vleesch, inhouden de 0,1492 K.G., en 24 stuks hardbrood; deze hoeveelheid dient voor één dag. De verduurzaamde levensmiddelen, welke tot de oorlogsvoeding be lmoren, worden deels door de particuliere nijverheid geleverd, deels in onder het Ministerie van Oorlog ressorteerende fabrieken vervaar digd. Daar verduurzaamd vleesch en hardbrood niet tot de gewone volksvoeding behooren, was het Legerbestuur wel genoodzaakt eigen fabrieken op te richten, wanneer het tenminste van het buitenland on afhankelijk wilde blijven.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 85