Mei 1912]. Het Chineesche krijgswezen. besturen verboden om op eigen gezag wapens en geschut aan te koopen, wat zoowel de eenheid als de hoedanigheid dei bewapening ten goede moest komen. De provinciale be sturen beschikten toch meestal niet over deskundigen tot beoordeeling en keuring van het materieel, dat buitenlandsche fabrieken hun om strijd aanprezen. Om in de bestaande verscheidenheid in de wapening de dringend noodige eenheid te brengen, werden verder in 1910 door den Minister van Oorlog officieren naar de provinciën gezonden, om een nauwkeurig onderzoek in te stellen naai de wapening der oude en nieuwe formaties. Voorts bepaalde Generaal Yin Chang in het bovengenoemde jaar dat leerlingen der cadettenschool te Peking, die de Duitsche taal met goeden uitslag hebben beoefend, naar Duitschland zouden worden gezonden, om zich aldaar in het bijzonder op de kennis van het artillerie-materieel toe te leggen. In den loop van 1911 gelukte het Generaal Yin Chang de verschillende werkplaatsen en wapenfabrieken aan het gezag dei provinciale autoriteiten te onttrekken en onder zijn departement te brengen, waarmede een nieuwe stap gedaan is op den weg, die naar eenheid van wapening leidt. Dat die eenheid evenwel nog lang niet bereikt is, blijkt uit bijlage 2. Op blz. 480 is reeds medegedeeld, dat Generaal Yin Chang er naar streeft alles, wat het leger aan wapening en uitrusting noodig heeft, in China zelf te doen aanmaken, om onafhankelijk van het buitenland te worden. In afwachting, dat de wapen fabrieken daartoe in staat zullen zijn, moeten de verschillende benoodigdheden wel in het buitenland aangeschaft worden. Tot groote ergernis van de Japansche pers werd Japan hierbij voorbijgegaan en vonden alle bestellingen hun weg naai Duitschland. Het ontbrak niet aan allerlei ver dachtmakingen en zoo wist de "Yomi uri" van 16 Augustus 1911 te vertellen, dat de Chineesche Minister van Oorlog voor een bedrag van 250000 taels wapens in Berlijn had laten aankoopen, waarvoor men hem louter verouderde modellen geleverd zou hebben. Als gevolg daarvan zou Yin Chang 512

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 66