Juni 1912]. Het geweervuur in het gevecht verkregen richting, dan verkrijgt men een afwijking naar links. Hieruit volgt, dat het beeld van het linkeroog een miswijzing geeft ten opzichte van het rechteroog en derhalve de richting van het rechteroog niet geholpen wordt door het beeld van het doel in het geopende linkeroog. Yoor beter of scherper waarnemen sluit men dikwijls de beide oogen half, of één geheel en het andere half. Tot het zien van schilderijen gebruikt men vaak trechters, die het overtollige licht beletten in het oog te komen. Door een koker met één oog bezien, lijkt een voorwerp dadelijk lichter dan gewoon bezien. Al ware het richten met beide oogen open echter beter, er zou zeer veel tegen te zeggen zijn, deze wijze van richten in te voeren, omdat het in 't algemeen zeer moeilijk is aan te leeren. Men kan wel aan 1 of 2 schutters per lichting, die het linkeroog niet kunnen sluiten, het richten met twee oogen leeren, doch aan een geheele lichting zou dat zeer bezwaarlijk gaan. Ik richt nagenoeg even gemakkelijk met beide oogen open als alleen met het rechteroog, maar weet toch heel goed, dat voor het vlug beoordeelen van een richting de eerste methode achter staat bij de laatste. Slechts eene omstandigheid pleit voor het richten met beide oogen open, n. 1. dat de geestelijk en lichamelijk gestoorde schutter wellicht zijn linkeroog niet zal sluiten. Eensdeels staat hier tegenover, dat het in vredestijd steeds richten met één oog wellicht een associatie-verschijnsel in het leven zal roepen, waardoor de schietstoot met een dichtknijpen van het linkeroog gepaard zal gaan. Anderdeels mag worden aangeno men, dat zoo'n gestoorde schutter fouten zal maken met het geweer, waarbij de kleine fout, die het gevolg kan zijn van het niet sluiten van het linkeroog, geen beteekenis zal hebben. Het richten als hulpmiddel tot hetaanleeren vandenjuist- snellen aanslag (j.s.a.) moet snel en zeer juist kunnen ge schieden, daar alleen dan vooraf steeds wordt ingewerkt op de zoo noodzakelijke begeerte, het geweer door een snelle aanslagbeweging onmiddellijk scherp gericht te hebben. 606

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 42