Juni 1912], Het geweervuur in het gevecht nieuwere schietopleiding, minder zijn dan die, verkregen met de oude opleiding, dan zou daarin nog geen enkele grond aanwezig zijn, om twijfel te uiten aan het goed recht der nieuwe schietopleiding, omdat de wezenlijke waarde dier vredes- uitkomsten wordt bepaald door het product van die vredes- uitkomsten en de waarschijnlijkheid harer toepassing op het oor/o^sgevechtsveld en op gezag van zoovele schrijvers en deskundigen gerust kan gezegd worden, dat in elk geval dat product bij de oude opleiding uiterst gering was. De tegenstanders der nieuwe schietopleiding dienen de bovenstaande stellingen te weerleggen, alvorens zij het goed recht der oude methode kunnen gaan verdedigen. Tot op heden zijn de tegenstanders der nieuwe schietop leiding in gebreke gebleven, een poging te wagen tot een wetenschappelijke weerlegging. Rekent men enkele brochuretjes, wier totaal gemis aan weten schappelijkheid in de pers reeds voldoende is aangetoond, niet mede, dan hebben de tegenstanders tot nu toe alleen een woordvoerder gevonden in den schrijver van 2 bladzijden van het Wetenschappelijk Jaarbericht van de Yereeniging tbvd Krijgswetenschap 1908-1909 (bl. löl). De schrijver van die 2 bladzijden heeft echter evenmin een poging gedaan tot wetenschappelijke weerlegging en zich tevreden gesteld met het ten beste geven van eenige persoonlijke meeningen zonder meer, welke geen andere kracht kunnen hebben dan het leveren van één bijdrage uit den troep bij de beoordeeling van den Leergang. Stelling 1 wordt door dien schrijver daarenboven niet alleen niet bestreden, maar hij wijst zelfs opeene reeds van elders bekende krachtige bijdrage voor die stelling. Hij zegt n.l.: „dat in het gevecht zeer slecht wordt geschoten, bevestigt ons hoe langer hoe meer de jongste oorlog, o.a. in een be schouwing over het gevecht der Infanterie van het le. Japan- sche leger aan de hand van het werk van den Engelschen Generaal Jan Hamilton". 626

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 62