Toestanden in Portugeesch Timor. [Juni 1912. Yeel van hun have en goed moesten evenwel die menschen op hun geboortegrond achterlaten en de eerste tijd van hun Nederlandsch onderdaanschap zal voor hen niet gemakkelijk zijn. Zij worden echter, waar noodig, geholpen door ons bestuur door hun voedsel te verschaffen, voorloopig vrijstelling van be lasting te verleenen, enz. Zij werden naar Zuid-Beloe gediri geerd, eensdeels omdat die landstreek een dun bevolkte vruchtbare vlakte is, anderdeels omdat het verkeerd zou zijn hun vlak bij hun vroegeren geboortegrond een woonplaats aan te wijzen, wellicht met het gevolg, dat ze zouden trachten hun achtergebleven goed te gaan weghalen, hetgeen hoe billijk ook, op zicb zelf moest worden vermeden ter voorkoming van verdere moeielijkheden. Ongeveer eind October 1911 schijnt de invoering van de bovenbesproken nieuwe belasting aan de bevolking te zijn bekend gemaakt, berichten daarvan bereikten ons tenminste voor het commandement Lamaquitos (Lamak hitoe (x)Nadat de invoering van de belasting in Camenasse door den post- commandant van Suai aan de bevolking was medegedeeld, begaven de radja's van Manufae en Raimeian, gelegen ten Oosten van het landschap Camenasse, zich in het begin van December 1911 naar den Radja van dit landschap om mede te deelen, dat de bevolking die zware belasting niet zou kunnen betalen en om te beraadslagen, hoe ware te handelen om eene gedeeltelijke ontheffing van bedoelde belasting te verkrijgen. Het resultaat van deze besprekingen was, dat de bevolking van bovengenoemde kampongs naar Suai zou gaan om vermin dering van belasting te vragen, niettegenstaande de Radja van Camenasse zich daartegen had verklaard, daar hij meer heil verwachtte van het inroepen van de hulp van den Hollandschen senor. De plannen om naar Suai te trekken lekten uit, doordat een Chinees die, op reis van Bobonaro naar Suai, de groote volksverzameling had gezien en daarvan mededeeling deed aan den postcommandant van Suai. Echter niet op de hoogte van 657 (1) Hitoe beteekent in het Tettoemsch zeven, nen beteekent zes, Lamaknen duidt op zes, Lamak hitoe op zeven onderafdeelingen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 93