Toestanden in Portugeesch Timor. [Juni 1912. niet worden voldaan. Hoogstens kunnen wij aan op ons gebied vluchtende Ambenoe's gastvrijheid verleenen; de Cruz verklaarde van plan te zijn, zijn geboortegrond te verdedigen en eerst als laatste redmiddel uit te wijken naar ons gebied. Het optreden der Ambenoe's kenmerkt zich dooi bezadigd heid. De bezetting van eenige in het binnenland aanwezige militaire posten werd alleen ontwapend, overigens geschiedde hun geen leed. Vernomen werd dat Panté Makasser sedert weer door de Portugeezen werd bezet. Zij hebben die plaats verstel kt, doch schijnen het binnenland nog niet te zijn binnengerukt. Hiermede is in hoofdzaken de toestand op Poitugeesch Timor geschetst. Wat de toekomst brengen zal, is moeie- lijk te zeggen, maar toch kan met vrij veel zekerheid wor den aangenomen, dat, als de Portugeezen niet zeer spoedig inzien, dat de door hen tot heden gevolgde politiek verkeerd is, de moeielijkheden voor hen zullen toenemen. Steeds zullen meer bevolkingsgroepen naar ons gebied trekken, als het tenminste aan de bevolking niet gelukt de geheele r or- tugeesche bezetting van het eiland te verdrijven. Ook kan naar onze meening worden verwacht, dat, nu eenmaal een moradore is gedeserteerd, weldra meerderen zullen volgen en het zou ons niet verwonderen, als binnenkoit werd ver nomen, dat negers het voorbeeld van dien moradore hebben gevolgd, alhoewel de Afrikanen tot nog toe een haast on begrijpelijke trouw aan den dag legden. Velen, die deze regelen lezen, zullen zich afvragen, of wij niet verplicht zijn aan den slechten toestand op het Portugeesch gedeelte van het eiland een einde te maken. Laten we alleen ons gevoel spreken, dan moet die vraag beslist bevestigend worden beantwoord. Zoolang wij echter geen overlast ondervinden van de in opstand zijnde bevol king, is naar onze meening inmenging in de binnenlandsche aangelegenheden op Portugeesch gebied niet gewettigd; en 663

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 99