Boeebeookdeeling. [Juli 1912.
Sedert Mei van het vorige jaar is dit laatste geregeld geschied.
Monografieën zijn tot heden nog niet verschenen. Het bewerken
vordert een zee van tijd, vooral ook wanneer daarvoor plaatselijke
bronnen- en archiefstudie wordt noodig geacht; terwijl het ongetwijfeld
aanbeveling zou verdienen, zoo de samensteller in de gelegenheid is,
sommige nog duister gebleven punten op te helderen door persoon
lijke aanschouwing en nader onderzoek ter plaatse; niet ieder is een
Veth. Uit de dienstreis van den chef van het E. B. zou mogen
worden afgeleid, dat eene monografie van het Gouvernement van
Celebes en Onderhoorigheden het eerst in het licht zal verschijnen.
Het bewerken van do periodiek verschijnende „Mededeelingen" is
het E. B. blijkbaar vlotter van de hand gegaan. Reeds verscheen als
een kloek boekdeel van bijna 250 pagina's druks de tweede aflevering.
Blijkens het in deze aflevering opgenomen Voorbericht zijn tijdens
de samenstelling van dit deel de inzichten nopens deze „Mededeelin
gen' gewijzigd. Het eerste hoofdstuk, handelende over de Sangi-
en Talaud-eilanden, is evenals de eerste aflevering breed opgezetvan
een 40-tal bronnen werd gebruik gemaakt en de daarin aanwezige
stof op aangename wijze verwerkt; het hoofdstuk boezemt vertrou
wen in.
Bij de samenstelling van het 2e hoofdstuk echter, heeft men zich
gebonden geacht aan het door den len Gouvernements-secretaris ge
geven normaal schema voor nota's over landschappen, zooals die door
bestuursambtenaren aan de Regeering behooren te worden overgelegd
bij politieke contracten of bij andere staatsstukken. Het is ons niet
bekend, in hoeverre het E. B. heeft gehandeld naar van hooger hand
ontvangen bevelen of wenken. Ons lijkt het toe, dat het bnreau er
niet in is geslaagd, zich thuis te voelen in het keurslijf van gewij
zigde inzichten: wat het onder den druk dier inzichten heeft geleverd
komt ons voor te staan verre beneden het vroeger gepubliceerde. Nu
wordt medegedeeld, dat het in de bedoeling ligt, voortaan de „Me
dedeelingen, in dezen vorm te doen verschijnen, waardoor aan de hand
van de beschikbareambtelijke gegevens een overzicht van den actuee-
len toestand van het gewest wordt gegeven.
Verheugden wij er ons over, dat met de oprichting van het E. B.
niet enkel bestuursbelangen hadden voorgezeten voor het groote
publiek, zei de Heer Colijn, moet de verzamelde, op wetenschappelij
ke, systematische wijze geordende kennis van waarde zijn thans
moeten wij tot ons leedwezen constateeren, dat van den rechten koers
wordt afgezeken. De oorspronkelijke roeping wordt, naar het wil
voorkomen, door de gewijzigde inzichten die daarom alleen niet als
beter behoeven te worden aangenomen geheel uit het oog verloren
het E. B. tracht thans bij het groote publiek de kennis van de bui
tenbezittingen alleen te vermeerderen door uitsluitend gebruik te ma
ken van ambtelijke gegevens, let wel, van de beschikbare. En als nu
die beschikbare, ambtelijke gegevens leemten en hiaten vertoonen, als
ze duister laten de zaken, die nog nadere opheldering eischen
Als leidraad voor het hoofdstuk, handelende over de zelfbesturende
791