De Slag bij Wafangou.
[Juli 1912.
niet getroffen. Bij het aanbreken van den dag was de brigade
echter nog niet in de nabijheid der le Divisie gekomen, waarop
Gerngrosz de mededeeling zond „valt gij aan, wij zullen u van
de hoogten hier ondersteunen." Aangezien het al later en
later werd, meende Gerngrosz, na ontvangst, van de mededee
ling dat de brigade zich op marsch had begeven, niet langer te
mogen wachten en gaf hij bevelen om den aanval te beginnen.
Niettegenstaande het hevige vijandelijk vuur, de groote
hitte en het moeielijke terrein werd de aanval krachtig en
energiek uitgevoerd. Op 500 pas van de vijandelijke stelling
kwam de aanval, die onvoldoende door Artillerie werd gesteund
Gerngrosz voelde nu het nadeel, dat hij den vorigen dag 2 bat
terijen, waarvoor niet dadelijk goede opstellingsplaatsen te
vinden waren, aan Glasko had overgegeven tot staan en
bleven de regimenten liggen, om het ingrijpen van de 2e bri
gade af te wachten.
Deze aanval bracht de 3e Japansche divisie in een kritie
ken toestand; met de grootste moeite kon zij zich staande
houden, waartoe de divisiecommandant op één na alle ba
taljons zijner reserve had moeten inzetten. Ook Generaal Okoe
kon geen steun meer verleenen, daar hij nog slechts over één
batajon kon beschikken. Eerst toen hem om ongeveer 12
uur de mededeeling bereikte, dat een bataljon van de 6e Di
visie in snellen marsch oprukte, gaf hij 't nog te zijner be
schikking zijnde bataljon uit banden.
Ongelukkigerwijze voor Gerngrosz kwam de brigade Glasko
niet opdagen, en was hij om l30 n.m., toen zijn linkerflank
ontbloot was geworden door het teruggaaD om 1 230 n. m.
van de 9e S. S. D. en het 4e S. S. R., genoodzaakt bevelen voor
den terugtocht te geven. Wat was ondertusschen bij de bri
gade Glasko gebeurd? In den nacht van 14/15 was het
vroeger vermelde bevel door Glasko ontvangenhij zond
Adjudanten naar Wafangou en Gerngrosz om nadere inlich
tingen te vragen. Na terugkeer van den Adjudant aan
laatstgenoemden werd een „krijgsraad" gehouden, waarin na
veel over en weer praten tot den aanval werd besloten. On-
717
I. M. T. 1912. 46