Juli 1912], Leger en Vloot. vraag op welke andere, zij het dan ook minder afdoende, wijze vreemd geweld zal zijn te keeren. Het spreekt wel haast van zelf, dat een vloot, die niet bij machte is den geheelen Archipel te verdedigen, tevens te zwak is om die taak op zich te nemen voor een gedeelte van dat gebied; de uitgestrektheid van het te verdedigen object is toch van betrekkelijk geringen invloed op de sterkte van de vloot, welke ter verkrijging van het meesterschap ter zee haar kracht kan zoeken in het element der beweging. Daarentegen gaat de verdediging van den geheelen Archipel niet zoozeer boven de krachten van het Leger, omdat het in getalsterkte achterstaat bij dat van den verwachten tegen stander maar omdat voor eene verplaatsing van het leger van het eene eiland naar het andere als eerste eisch moet worden gesteld, dat het meesterschap ter zee is verkregen 3). Wordt nu noodgedwongen een meer beperkt doel nagestreefd, d.w.z. wordt de hardnekkige verdediging beperkt tot het voornaamste eiland, waarop tevens de Regeeringszetel is ge vestigd, dan kan deze taak niet aan eene vloot van onvoldoen de sterkte worden toevertrouwd, maar zal daarvoor het Leger zijn te bestemmen, n.l. een leger van voldoende sterkte. Wat onder een leger van „voldoende sterkte" moet worden verstaan is zonder twijfel voor verschillende uitlegging vatbaar. Vooralsnog zijn wij op grond van de daaromtrent beschikbare gegevens van oordeel, dat een naar deze gewesten over te voeren troepenmacht (een echelon) eene maximum sterkte zal kunnen hebben van 3 divisiën, elk van 14000 combattanten, zoodat bij eene zoodanige sterkte van het veldleger op Java de verdediging van dat eiland met groote kans van slagen kan worden gevoerd. Zonder twijfel zullen vele moeilijkheden, zoowel van financieelen als van personeelen aard, zijn te overwinnen, om ons veldleger op eene sterkte van 42000 comhattanten te brengen, maar, naar het voorkomt, zijn die niet onoverkomelijk. 762 li. n.l. van één echelon. 2). De legering van een troepenmacht van de hierondergenoemde sterkte op -elk eiland gaat uiteraard verre boven onze krachten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 80