dat in het slechte jaargetijde de gemeenschap tusschen de reede en het strand niet was verzekerd.) Wel hadden door dit besluit de Nederlanders niet, zooals de Engelschen in Burma, in het slechte jaargetijde menschenoffers te brengen, wel kost te de ingestelde blokkade niet zooveel geld als noodig zou zijn geweest indien de troepen niet waren vertrokken, maar de Atjehers waren gesterkt in hunne opvatting, dat zij de gehate kafirs konden weerstaan, waarvan de leiders natuurlijk een gretig gebruik hebben gemaakt om tot verzet bij de 2e expe ditie aan te sporen. Yoor deze expeditie moesten daarom zeer veel troepen worden bestemd, na de landing moest nog heel wat tot stand worden gebracht en zouden nog heel wat offers worden gevraagd, alvorens het standpunt, was bereikt, waarop de Engelschen in 1825 stonden. Bovendien was ons prestige in den heelen archipel geschaad. Dat door andere volkstam men hiervan geen gebruik is gemaakt om zich ook tegen het gouvernement te verzetten, of bij reeds bestaand verzet eene krachtiger houding aan te nemen, waardoor we wellicht van eene 2e expeditie naar Atjen voorloopig hadden moeten afzien, is aan toevallige, voor ons gelukkige omstandigheden toe te schrijven. Het staatkundig doel van de 2e Atjeh expeditie was iets uitgebreider dan dat der le. Het lag n. 1. in de bedoeling na gunstigen afloop der expeditie een tractaat te sluiten, geheel in den geest van het Siaksche, in art. 4 waarvan o. m. is ver meld, dat enkele vestigingen zullen worden opgericht, hetgeen bij de l6 expeditie niet in de bedoeling heeft gelegen. Engeland en Nederland stonden, wat betreft het bereiken van staatkundig en militair doel behoudens de bovenbespro ken voordeelen aan Engelsche zijde resp. in Januari 1825 en na de landing in 1873 even ver, n.l. op de operatiebasis. Het object van de Nederlanders, de kraton, lag zeer dicht bij de kust, terwijl dat der Engelschen, Ava, 600 Engelsche mijlen van de basis was verwijderd. Men hoopte evenwel dat het bezetten van Prome den vorst wel zou doen besluiten van verderen tegenstand af te zien. Zoowel Koeta Radja als Ava en Prome zijn aan rivieren 911 PACIFICATIE VAN BüBHA EN VAN AtjEH. Sept. 1912.]

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 13