Aug. 1912], De reserve v/h. Ned.-Ind. Leger.
Ie. door indeeling van het personeel van het instructie
bataljon te Kampen en de instructie-compagnie te Schoon hoven,
dat daar voor Indië werd opgeleid;
2e. door te Harderwijk aangenomen personen met een
verbintenis van 6 jaar om te dienen in Nederland of in z ijn
overzeesche bezittingen;
3e. door detacheering van militairen van het Indisch leger,
die bij geneeskundig onderzoek in lndië tijdelijk voor den actie
ven dienst ongeschikt, voor den dienst in Nederland geschikt
geoordeeld werden.
Officieren zouden worden verkregen:
le. door detacheering van officieren van het Indisch leger,
die in Nederland zijn;
2e. door detacheering van officieren van het Indisch leger,
met ziekteverlof in Europa;
3e. door detacheering voor hoogstens 3 jaar van tijdelijk
voor den actieven dienst ongeschikt verklaarde officieren in
Nederlandsch-Indië
4e. (zoo noodig) door plaatsing van gepensionneerde offi
cieren van het Indisch leger;
5e. (zoo noodig) door detacheering van officieren van het
Nederlandsch leger.
Later werd bepaald dat de troepen een jaar in Nederland
moesten worden geoefend, alvorens ze naar Indië konden
worden gezonden (rapport commissie tot overwegen wijze van
uitvoering). De kosten bedroegen 480000 voor gebouwen
en verder traktementen enz. ongeveer als voor het leger.
Dit Koninklijk besluit werd niet uitgevoerd.
In het I. M. T. van 1874 verklaarde „Een Indisch soldenier"
een beslist tegenstander te zijn van de Indische brigade.
Hij wilde in Indië eene reserve vormen door boven de for
matie van het leger te voeren de suppletietroepen van een
jaar. Om dit te bereiken, achtte hij noodig 5 jaar lang
jaarlijks 2500 man naar Indië te zenden. Door dit stelsel
zou volgens dien schrijver
820