Sept. 1912.] Een en ander over gezamenl. Schietoefeningen. oefenen, bij deze rekenwijze meer de belangstelling; terwijl eindelijk als hoofdvoordeel genoemd moet worden, dat hierbij een gemakkelijk overzicht wordt verkregen over de schiet vaardigheid van de schutters en wel of die onder de goede, de middelmatige of de slechte moeten worden gerangschikt, door voor alle drie dezer categorieën, het vermoedelijk trefferprocent na te gaan. Wilde een Compagnies-commandant op dat gebied de nauw keurigheid der beoordeeling nog verder uitstrekken, dan zou hij als volgt te werk kunnen gaan. Eens in het jaar zou hij aan de hand van de schietuitkom- sten van de militairen zijner compagnie, deze kunnen in- deelen als goede, middelmatige en slechtevan de eerste bv. de 20 beste, van de tweede de 20 middelste en van de laatste de 20 slechtste aanwijzen, om met 100 patronen (dus elk met 5) een beeld te schieten. Dit beeld verkrijgt een tweeledig doel; ten eerste worden daaruit de hoogte- en breedtespreiding bepaald, zoodat men die cijfers kent voor de betrokken compagnie, maar tevens de verhoudingscijfers voor de schietvaardigheid der goede, middelmatige en slechte schutters dier compagnie. Deze zijn in den overgelegden staat, aangenomen te zijn als 1: 1J:2, in navolging van het aanhangsel S. V.zij zullen echter bij een compagnie verder of minder ver uiteen liggen, naar ge lang er al dan niet uitmuntende en bijzonder achterlijke schutters aan dat beeldschieten deelnemen. Yan die cijfers •dient dan ook met oordeel gebruik gemaakt te worden. Wel geeft het theoretisch vervaardigde beeld volkomen het gemiddelde van het te verwachten trefferprocent aan, doch door het practisch verkregen trefferbeeld twee maal, en wel, eens met de beste helft en eens met de slechtste helft der schoten op het beeld der schijven te leggen, krijgt men gelegenheid ook het hoogste en het laagste te verwachten trefferprocent te tellen. Uit de tabel op blz 20 van het Aanhangsel blijkt, dat bij het geweer op een afstand van 500 M., bij de karabijn op 250 M., de breedte- en hoogtespreiding gelijk zijnhet zal van verschillende omstandigheden afhangen in hoeverre deze 928

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 30