De 3apaii5cfie Caüalerie en haar
reglement Dan 13 (Haart 1912.
Het reglement voor de Japansche Cavalerie van 13 Maart
1912 vervangt het tot dusverre van kracht zijnde ontwerp-
reglement en is in zijn uiterlijk voorkomen geheel in over
eenstemming met de reeds verschenen reglementen voor de
Infanterie, de bereden Artillerie en de treinbataljons. Evenals
deze, bestaat het uit drie deelen, welke voorafgegaan worden
door eenige „grondbeginselen". Het eerste deel behandelt
de opleiding van den enkelen man en van de verschillende
eenheden te paard en te voethet tweede deel het gevecht
onder verschillende omstandigheden en in verband met andere
wapens en het derde deel de parades en eerbewijzen.
Met het ontwerp vertoont het reglement, zoowel wat de
indeeling als wat den inhoud betreft, eenige verschillen. De
opleiding van het peloton is als afzonderlijk hoofdstuk uit het
Iste deel verdwenen; I, 68 en 153, vergenoegt zich met aan
te geven, dat de opleiding van de groep en het peloton plaats
heeft volgens de regels gegeven voor de opleiding van het
eskadron. Verder zijn verdwenen de handgrepen met de sabel
te voet, geheel overeenkomstig met het beginsel, dat de sabel
in de werkelijkheid alleen te paard gebruikt wordt. In plaats
daarvan zijn gekomen het op- en neerslaan van de bajonet,
waarmede de karabijn Meiji 44 voorzien is. D- Vele regels
hebben in het reglement eene andere plaats gekregen en de
hoofdstukken over het gevecht zijn geheel omgewerkt.
De grondbeginselen omschrijven de taak en de beteekenis
der Cavalerie, zoowel te paard als te voet; zij noemen de
eischen, waaraan aanvoerders en strijders hebben te voldoen,
934
1) De aanmaak van de karabijnen Meiji 44 is thans in vollen gang. Volgens
courantenberichten hoopt men haar nog vóór de groote manoeuvres te kunnen
uitreiken aan de Cavalerie-Regimenten, die aan die oefeningen zullen deel
nemen, terwijl de verwapening der geheele Cavalerie in het voorjaar van 1913
zou zijn afgeloopen.
