Sept. 1912.] De Japansche Cavalerie en haar
De aanval te paard wordt verschillend uitgevoerd, naargelang
hij tegen Cavalerie, Infanterie of Artillerie gericht is.
Bij het gevecht van Cavalerie tegen Cavalerie gelden uit
den aard der zaak nog dezelfde beginselen als ten tijde van
Frederik den Grooten en Napoleon. In overeenstemming
daarmede eischt I, 182, bij den aanval snelheid van beweging,
maar nog meer geslotenheid. Ook uit I, 185 en 186, en uit
II, 30, blijkt de waarde, welke men in de Japansche Cava
lerie aan geslotenheid gedurende den aanval hecht. Echter gaat
deze geslotenheid niet verder dan beugel aan beugel, niet knie
aan knie, zooals Frederik de Groote van zijne Cavalerie eischte.
Maar dit doet weinig af aan het feit, dat men in Japan bij
den aanval op Cavalerie geslotenheid boven snelheid stelt,
bijzondere gevallen, zooals de vervolging van eene geslagen
tegenpartij, natuurlijk uitgezonderd. Nu zal de gesteldheid
van het aanvalsterrein meermalen de geslotenheid en daar
mede de kans op goeden uitslag verminderen; als middel
hiertegen laat men in Japan de ruiters van het 2de gelid
mogelijke open plaatsen in het Iste gelid innemen; het vol
gen van eene tweede linie, recht achter de eerste, om de
geslotenheid van deze te verzekeren, kent het reglement niet,
ook niet bij de brigade en het regiment.
Natuurlijk kan een aanval te paard op Infanterie en Artil
lerie niet op dezelfde wijze uitgevoerd wordener zou niets
van terecht komen. Zoodra de aanval te paard onder 's vijands
vuur plaats heeft, beveelt het reglement het gebruik van de
verspreide orde aan (I, 181), waarbij, mede om 's vijands
vuuruitwerking te verminderen, reeds op grooten afstand een
snelle gang aangenomen wordt (I, 184), welke uit den aard
der zaak bij volstrekte geslotenheid onmogelijk zijn zou. Boven
dien heeft geslotenheid tegenover de verspreid liggende of
knielende tirailleurs en verspreid opgestelde stukken geen zin.
Nu kan in Japan bij deze gelegenheid een eskadron of ge
heel öf gedeeltelijk verspreid worden, in welk laatste geval
het overige deel gesloten volgt; ook uit I, 224, blijkt, dat de
aanval te paard op Infanterie en Artillerie ondernomen wordt
948