[Oct. 1912. geruimen tijd te dienen hadden en tweede- en derdejaarsca valeristen kwamen er voor in aanmerking. Voor elke patrouille werden 9 paarden uitgekozen, welke voldeden aan de volgende eischen: In Japan geboren en niet ouder dan 8 jaar. Droge beenen en goede hoeven. 2) Zekere gangen en geen neiging tot dringen. ■Goede eetlust. De uitgekozen paarden werden na eene veertiendaagsche trainingsperiode oonieuw onderzocht, de twee minste vielen uit en de overige werden voor de patrouille aangewezen. Het beslag werd nauwkeurig nagezien. Officieren en manschappen waren gekleed in veldtenue, zonder eereteekenen, en de paarden in overeenstemming •daarmede getuigd en bepakt. Elke deelnemer was voorzien van eene lantaarn. Tot beoordeeling van de uitkomsten was eene jury aange wezen, waarvan een paar leden zich ophielden langs den te doorloopen weg, nl. te Kameyama, te Kui (in beide plaatsen bovendien een hoefsmid) en te Osaka. Zij dienden tot contiöle en moesten paarden, die zij wegens vermoeidheid, ongesteldheid of drukkingen niet tot voortzetting van den tocht in staat achtten, achterhouden. Elke patrouillecom- niandant ontving bij den afmarsch van deD president der jury •een contröleformulier op een plankje 3), dat hij aan elke contro lepost had over te geven, tot aanteekening van het tijdstip van aankomst en vertrek, den toestand der paarden bij aan komst aan de controlepost en de reden, waarom een of meer paarden van verdere deelneming uitgesloten waren. Ook had de patrouillecommandant het formulier te vertoonen bij het 68ste RI, en bij het 20ste R.C. 4). Bij terugkomst te Nagoya moest het formulier bij de jury ingeleverd worden. 989 PATROUILLES IN HET 3d O ReG. CaV (1) Blijkens bijlage 9 lieeft men zich hieraan niet gehouden. (2) Vergelijk de kolom »Gebreken bij vertrek" van bijlage 9. (3) Zie bijlage 2. (4) Zie de noot aan den vóet van de opdrachten,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 3