Oct. 1912.J Een wedstrijd in Japan tusschen officie es-
gegeven. Aan paarden, die teekenen van vermoeidheid be
gonnen te toonen, gaf men een scheutje cognac in het water,
hetgeen eene zeer goede uitwerking had. Voorts werd gedu
rende elke rust gedrenkt.
Den eersten dag waren de manschappen vol ijver in het ver
zorgen van hunne paarden, doch reeds den tweeden dag be
gon die ijver te verslappen tengevolge van vermoeidheid.
Velen waren gedurende de groote rusten van den eersten dag
zoo bezig met het verzorgen van hunne paarden en het bijeen-
brengen van de noodige fourage, dat zij geen gelegenheid had
den om zelf te rusten en dan ook's nachts op hunne paarden
in slaap vielen. Het ootstreg gedeelte van de beschadigingen
van de paarden is dan ook het gevolg daarvan, dat de man
schappen na den eersten dag geen wilskracht genoeg meer
hadden om voldoende aandacht aan hunne paarden te
wijden.
Tot het overbrengen van de berichten, welke volgens de
opdracht nog gedurende den rit afgezonden moesten worden
werden ruiters aangewezen, waarvan de paarden, naar alle
verwachting, den geheelen rit minder goed dan de andere
zouden medemaken. De ordonnansen van de 1ste en 2de
patiouille reden langs hun geheel onbekende wegen; die van
de 3de en éde patrouille gingen denzelfden weg als de
patrouilles, doch terug, hetgeen natuurlijk gemakkelijker was.
Daarentegen hadden zij met andere moeilijkheden te wor
stelen. in de eerste plaats reden zij te middernacht af, zoodat
zij de steile gedeelten bij den Aoyama-pas in de duisternis
te passeeren hadden. Wel vertoonde zich nu en dan de maan,
maar bij het rijden door een dicht bosch hadden zij daar
niet veel aan. In de tweede plaats woei hun een ijzige wind
in het gezicht. Tot overmaat van ramp werd het paard van
een der ordonnansen kreupel, toen hij nog 85 K. M. van Na-
goya verwijderd was. Nadere gegevens omtrent den ordon-
nansendienst bevat bijlage 7.
Bijlage 8 geeft copieën van de gemaakte terreinschetsen.
Zij waren niet bevredigend, hetgeen toegeschreven moet wor-
992