1058 Oct. 1912,] Overzicht van eenige Tijdschriften. Bij het door S. gegeven voorbeeld is aangenomen, dat eenige dagen lang reeds meermalen tevergeefs getracht is Rijnsburg te nemen en dat de A. B. dan besluit om zich door een nachtelijken aanval in het bezit te stellen van dat dorp. Onder de punten, welke in het aanvalsbevel moeten worden opge nomen, vermeldt S. o. a. rgeweer ongeladen, desnoods de grendels uit de geweren en in den rechter broekzak." Wel een bijzondere maatregel dat uitnemen van de grendels. Of de werkelijkheid dien zou toelaten, valt te betwijfelen. Wij zouden hem in elk geval niet nemen. „Een en ander over de verpleging der troepen bij de manoeuvres in 1911" aldus luidt de titel van een opstel van den Luit. Kwartier meester van Oorschot. S. bespreekt hierin meer in het bijzonder, hetgeen bij een Bataljon Inf. door den verplegingsofficier is, of moest worden verricht en komt daarbij tot de conclusie, dat diens taak niet voldoende tot haar recht kwam, als gevolg van de groote zekerheid, dat men alles van de Intendance kon betrekken. Het beginsel van de verplegingsvoor- schriften „voor we bij de Intendance aankloppen, wordt eerst ter plaatse getracht in de behoefte aan levensmiddelen te voorzien" werd daardoor te veel uit het oog verloren. Aan het slot van zijn artikel betoogt S. de wenscbelijkheid, om den verplegingsofficier bij het Bataljon verantwoordelijk te stellen voor den geheelen gang der verpleging en daarvan den Bataljons- Commdtdie als troepen aan voerder reeds een zeer belangrijke en omvangrijke taak te vervullen heeft, te ontheffen. Voorts valt nog te vermelden „Het gevecht van Bir-Tobras" een vertaling uit „Le Spectateur Militaire" van April j. 1. door den Majoor van den Gen. Staf Jhr Alting von Geusau, terwijl de Ritmeester-Adju dant van Mens het cavalerie-reglement 1912 bespreekt. Onder het Hoofdstuk „Boekbespreking" vervolgt Overste van den Belt zijn beschouwingen over het werk van Oberst Fritz Gertsch (zie I. M. T. 1912 No 8). We wezen reeds op de vérstrekkende conelusiën, door Oberst Gertsch uit de ervaringen van den Russ. Jap. oorlog getrokken. S. zegt omtrent de ideeën van den schrijver van het boek: „Toch neemt dit niet weg, dat de ideeën van Kolonel G. niet alleen zeer de aandacht verdienen, maar ook dat ze in beginsel juist zijn. Echter geloof ik niet, dat de Zwitsers rijp zijn om al zijn theorieën te aan vaarden en zelfs niet de Duitschers of Franschen." Dat wil, dunkt ons hetzelfde zeggen, als „de ideeën van Oberst Gertsch zijn in beginsel onjuist

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 80