Enkele cmnfeekeningen oüer den Topogra-
pïiischen Dienst in Qostenrgfe-Bongarge,
Inleiding,
Wijl Graaf Daun gedurende den Zevenjarigen Oorlog
■de nadeelige gevolgen had gezien van het niet kunnen
beschikken over betrouwbaar topographisch materiaal, drong
hij al spoedig na het sluiten van den vrede met klem
aan op een juiste kaarteering van het grensgebied van het
Oostenrijksche keizerrijk. Zijne voorstellen vonden bij Keizerin
Maria Theresia een gunstig onthaal en al ras werd onder
leiding van den Chef van den Generalen Staf begonnen met
■de opneming van Bohemen, Moravië en Silezië en die met zoo
veel ijver in andere deelen van het keizerrijk voortgezet, dat
reeds op het einde van 1787 over militaire, economische of
minstens a-la-vue-opnamen van alle Oostenrijksche provinciën
beschikt kon worden.
De kaarteering werd ook uitgestrekt over Hongarije aan
vankelijk maakte men daar bezwaren, doch Keizer Jozef II
gaf der Landstanden te kennen
„dass man ein Land, urn es gut zu regiren, genau ken-
„nen müsse."
De resultaten der opneming kwamen tot uitdrukking in
1: 28800 kaarten; die schaal bleef behouden tot 1872. De
instructie schreef voor:
„alle Hauser und den Yiehstand zu verzeichnen, Flüsse,
„Wege zu beschreiben und die Berge derart darzustellen, wie
„sie einander dominiren, hauptsachlich aber jene anzugeben,
„welche die grösste Übersicht über das anliegende Terrain
„gewahren,"
1016
sDie Mappirung und das Kartenma-
chen sind eine endlos sieh "wieder-
holende Thatigkeit."
Bancalari.