Voorbeeld van troepenvervoer per spoor op Java. [Nov. 1912.
Thans mogen op de Oosterlijnen treinen loopen met een
gewicht van 1200 ton.
Ter nadere aanduiding van deze gewichtsopgaaf zij opge
merkt, dat voor een volledige brigade met al hare treinen
3400 ton wordt vereischt. Een dergelijke troepenafdeeling
zou dus in drie treinen kunnen worden vervoerd.
Moet voor een eventueel vervoer in oorlogstijd gebruik
worden gemaakt van tramlijnen, dan zal natuurlijk rekening
moeten worden gehouden met de mindere capaciteit van der
gelijke banen, terwijl ook de emplacementen der verschillende
stations en halten in het algemeen niet zoodanig ingericht
zijn, dat aldaar meerdere troepentreinen ter belading kunnen
worden opgesteld.
Het is om die reden, dat wij voor het hieronder aangegeven
voorbeeld van troepenvervoer per spoor het traject Magelang-
Eandoeng hebben gekozen. Voor het vervoer op dat traject
moet dan rekening worden gehouden met het gedeelte Magelang-
Djokja van de tramlijn Djokja-Willem I, terwijl tevens kennis
woidt gemaakt met de berglijnsectie Bandjar-Tjitjalengka
van de staatsspoorwegen.
Lenig stiategisch denkbeeld heeft bij de uit te werken ver-
voersregeling niet voorgezeten.
Wij veronderstellen thans, dat een brigade van het veldleger
te Magelang is gelegerd, terwijl deze afdeeling op een gegeven
tijdstip naar de hoogvlakte van Bandoeng moet worden
verplaatst.
Zoodra door den Legercommandant tot verplaatsing van de
brigade wordt besloten, worden aan de Hootdafdeeling van de
Permanente Militaire Spoorwegcommissie de daartoe vereischte
bevelen veistrekt, terwijl genoemde Hoofdafdeeling de regeling
van het vervoer opdraagt aan de onder haar ressorteerende
lijncommissiën.
We zouden te uitvoerig worden, indien we hier meer in
1095
1) Onder treingewieht te verstaan liet gewicht van de wagens met de zich
daarin bevindende lading.