Korte Mededeelingen.
[Nov. 1912.
geeft in „La revue d'infanterie" van 15 Sept. 1912 een beknopt overzicht
van den huidigen toestand. Aan die artikel, getiteld „Une vraie Na
tion armee" wordt het volgende ontleend.
De Russische generaal Martinovitch, bijgestaan door den Russichen
militairen attaché, Kolonel Potapoff, nam in 1910 de reorganisatie van
het leger ter hand.
Bij de in dat jaar tot stand gekomen miiitiewet was het Zwitsersche
stelsel als voorbeeld genomen, zonder echter tot een algeheele copie
te vervallen. Het land is verdeeld in vier districten (divisiska Okrouga),
Cettinje, Podgoriza, Niksic en Kolosin, die elk weer in een zeker aan
tal onderafdeelingen (brigadene Okrouga) zijn gesplitst, welke laatste
weer in bataljons districten zijn verdeeld (batalionski Okousi). Yan
deze laatste zijn er 56.
Alle mannelijke onderdanen van 18 jaren zijn dienstplichtig. Zij,
die ongeschikt zijn om de wapens te dragen, worden ingedeeld bij de
hulpdiensten.
De recrutentijd duurt 2 jaar, waarvan elk jaar, gedurende 2 maan
den, op de hoofdplaats der divisie wordt geoefend.
De wet had terugwerkende kracht, zoodat in de eerste jaren alle
manschappen van 18 tot 30 jaar onder de wapenen komen
Na den recrutentijd blijven allen tot hun 52e jaar tot het actieve
leger behooren, en kunnen dan elk jaar 10 a 15 dagen worden opge
roepen.
Na het 52e jaar volgt nog een periode van elf jaar, waarin zij worden
gebruikt voor de ïveds bovengenoemde hulpdiensten.
Het jaarlijks contingent bedraagt -4- 1800 man, de totale legersterkte,
als allen onder de wapenen worden geroepen, 45 000 man.
Het eigenlijke officierskorps bestaat slechts uit de officieren van den
generalen staf en die van de staven der verschillende wapens. De
meeste dezer officieren zijn in het buitenland opgeleid. (Italië, Rusland,
Bulgarije en zelfs Turkije).
Directeur-generaal is thans de Russische kolonel Kolasoff, terwijl de
kolonel Ratcbinski, eveneens een Rus, als inspecteur der artillerie
fungeert
Voor de recrutenopleiding worden de verlofsofficieren en onder
officieren periodiek onder d9 wapenen geroepen.
Bedoelde verlofsofficieren, allen afkomstig uit den troep, zijn op
geleid aan de vroegere militaire school te Cettinje.
Echter heeft zich reeds de behoefte doen gevoelen aan een aparte
inrichting voor officiersopleiding. Deze inrichting, Nikolaas-school ge-
heeten, kwam in 1911 tot stand zij bevat thans nog slechts 2
klassen het totaal aantal klassen zal 6 bedragen en staat onder lei
ding van kolonel Yegorieff (van den Russischen generalen staf). Op
12 a 15 jarigen leeftijd worden de cadetten tot die school toegelaten.
Aan het einde van den leergang worden de aspirant-officieren nog
gedurende zekeren tijd gedetacheerd bij eene Russische inrichting voor
officiersopleiding.
Veel zorg baarde de kwestie van het onderofficierskader. Men volgt
1149