Leger en vloot bij de verdediging v. Ned.-Indië. [Dec. 1912.
zoo mogelijk moeten verhinderen. Hierbij moet het woord
worden gegeven aan onderzeebooten en mijnschepen.
Aangezien een transportvloot niet anders dan met daglicht
dicht onder de kast kan komen, en de landing ook alleen
over dag kan geschieden, is alleen van onderzeebooten te ver
wachten, dat zij de stil liggende transportvloot voldoende dicht
kunnen naderen om ze met hun torpedo's te treffen. Tor
pedobooten zullen hier minder kans hebben, omdat de vijand
zich daartegen beter kan beveiligen.
Zoodra uit den koers van de transportvloot met voldoende
zekerheid blijkt, waar men de landing wil beproeven, kunnen
mijnenleggersvan te voren langs de kust gestationneerd
daar voor een behoorlijk mijnenveld zorgen.
Ongetwijfeld zal, met deze oorlogsvaartuigen tegenover zich,
de landing voor den vijand eene onderneming worden, die
hem op zware offers zal komen te staan, en lijkt de stelling-
niet gewaagd, dat zij ertoe zullen bijdragen het oogenblik,
waarop de aanvaller het zal durven ondernemen de transport
vloot naar Java's kust te zenden, belangrijk te vertragen.
Te meer, omdat het opruimen van onderzeebooten, die dicht
onder de kust kunnen blijven, niet spoedig zal zijn afgeloopen.
We gelooven niet, dat andere weermiddelen hier beter
werk zouden kunnen leveren. Hog afgezien van de vraag,
of een slechts met een luttel getal lichte vuurmonden en
mitrailleurs uitgerust veldleger eene landing zou kunnen be
letten van troepen, die door talrijke zware scheepskanonnen
en door licht geschut in sloepen en op torpedobooten en jagers
worden gesteund, valt het te betwijfelen of het gegeven
de capaciteit onzer spoorwegen wel ooit mogelijk zal blijken
voor het leger een zoodanig opstellingspunt te vinden, dat
het van daaruit op tijd elk gewild landingspunt kan bereiken.
Begaat de vijand geen onhandigheden, dan is de kans groot,
dat de legerleiding eerst kennis krijgt van het gekozen lan
dingspunt, wanneer de vloot daar reeds geankerd is.
Dat men dan nog in staat zou zijn om het eerste vijande
lijke echelon op het gunstigste moment, d. i. vóór het aan
1177