Dec. 1912.] Leger en vloot bij de verdediging v. Ned.-Indië. Zelfs wanneer men Napoleon er bij haalt. In de vergadering van de Yereeniging ter beoefening van Krijgswetenschappen van 23 Februari van dit jaar heeft de Kolonel van den Belt dien grooten man de woorden in den mond gelegd„pas de colonies sans marine". Aan het slot van het verslag dier vergadering neemt de redacteur eenige regelen op uit brieven van den keizer, reeds door den gepensionneerden kapitein Kern gepubliceerd in de Nieuwe Courant van 15 Juli '05 onder het hoofd „Geen vloot voor Oost-Indie' en dan volgt letterlijk: „Vous me demandez une escadre pour I' lie de Java Qui est-ce qui vous a donné le conseil de faire défendre cette lie avec une arrnée de mer!? Est-ce une femme a sa toilettecar vraiment, c'est l'idée d'un nigaud, d'un éeervelé!" Is het niet duidelijk, dat de keizer alleen het oog had op Java, het eenige groote eiland waar we destijds daadwerkelijk gezag uitoefenden, en daarom natuurlijk een leger het beste verdedigingsmiddel achtte? De keizer wist toch ook wel, dat op de buitenbezit tingen geen troepen lagen, moeilijk kan hij derhalve anders dan op Java gedoeld hebben toen hij schreef: „Combien de fois ne vous ai-je écrit, qu' avec des forces de terre comme armee de defence les escadres ennemies s'useront d'elles-mêmes faute d'ennemis a combattre". En zoo zou men meer voorbeelden kunnen aanhalen. Ware dit niet het geval, we zouden schromen hier nogmaals het axioma neer te schrijven, dat onze archipel alleen met behulp van een vloot is te verdedigen, dat het echter voor de verdediging van Java meer economisch en logischer is een leger te bezigen. We zouden hiermee van de vloot kunnen afstappen, ware het niet, dat de overzichtschrijver, die in den 7den jaargang van het Jaarbericht van de Vereeniging t. b. v. Kw. het over zicht over de zeemacht geschreven heeft, een geheel nieuw 1172 Cursiveering van ons.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1912 | | pagina 6