Jan. 1913] Nachtelijke oefeningen. 11°. Handelingen uit den kleinen oorlog. B. Tegen den I. V. T. Het omsingelen van een kampong. 2°. Het leggen van hinderlagen. 3°. Het oplichten van een bendehoofd. 4°. De aanval op een benting, marsch er heen bij nacht, aanval bij het aanbreken van den dag. 5°. Nachtmarsch; de vijand legt hinderlagen. Ten slotte zij nog aangeteekend, dat het aanbeveling verdient voor de nachtelijke oefeningen zoo min mogelijk beslag te leggen op den vrijen tijd. Daardoor toch zal de oefening met meer animo gevolgd worden en dus meer vruchtdragend zijn. De onder II genoemde oefeningen moeten zoo spoedig moge lijk met tegenpartij plaats hebben; dit verhoogt de spanning en doet tevens de verschillende moeielijkheden beter uitkomen. W. J. Lucardie. Ie Luit. lnf. 22

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 24