Jan. 1913.] Eene vergelijking tusschen de verovering en myo aan den voet van de Shanhills, Arakanhills en Chin Hills. Wat de bezwaren betrefc, verbonden aan het militair op treden, kunnen we voor Atjeh ongeveer eene gelijke indeeling maken. Daar toch zijn: 1°. de lage kuststreken, waar het meermalen benden ge lukteal waren ze geen 3 a 4000 man sterkmaanden lang ongestoord te huizen 2°. de vlakte, waar ik me voorstel, dat de bezwaren aan de actie verbonden ongeveer zullen overeenstemmen met die door de Engelschen in de landstreken ondervonden; in beide streken nl. worden eenige hulpmiddelen voor de verpleging gevonden, terwijl de begaanbaarheid weinig te wenschen laat 3°. het heuvel- en boschterrein, dat evenwel, minder dor in Burma, is doorsneden door goede paden. Wat het klimaat betreft: zoowel in Atjeh als in Burma een droog, vrij gezond en een nat, ongezond jaargetijde. Op- per-Burma heeft een subtropisch-, Atjeh een zuiver tropisch klimaat. In Opper-Burma rijst de temperatuur gedurende de maanden November tot Februari niet hooger dan 80° a 81°, zoodat in dien tijd het ageeren daar minder afmattend zal zijn dan in de lage streken van Atjeh. De in verschillende bronnen aangetroffen ziekte cijfers voor den natten tijd zijn voor Burma zeer hoog. Intusschen is het de vraag, of de Engelschen zich hierdoor niet te veel lieten binden in hun optreden. Wanneer men wegens het slechte jaargetijde gaat stilzitten, werken twee factoren sa men, die ziekte bevorderenle het slechte jaargetijde, 2e het nietsdoen, dat zooals de ondervinding leert zeer demo- raliseerend werkt op den soldaat en van ongunstigen invloed is op den gezondheidstoestand van den troep (in Atjeh eischte de beri2 de meeste slachtoffers in den tijd van de geconcentreerde linie). Stoort men zich niet aan het jaarge tijde, dan zijn wel is waar de ontberingen grooter, maar dat nadeel moet niet te breed worden uitgemeten. Kenschetsend is te dien opzichte het antwoord door de hoogste chefs in Atjeh meermalen gegeven naar aanleiding van 26

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 28