Febr. 1913.] De reserve voor het Indische Leöer. schappen niet voortdurend in Indië (c.q. Java) aanwezig zijn, waardeloos zijn, omdat men toch niet erop mag rekenen na het uitbreken van den oorlog zonder meesterschap ter zee nog troepen over den grooten afstand, die ons van het moederland scheidt, te kunnen vervoeren. Alzoo valt het geval sub 2.a dade lijk weg. Hierbij moet echter worden opgemerkt, dat de voor stellers van een reservekorps in Nederland, dat we inderdaad bezitten in de Koloniale Reserve, ook geen van allen zoo naief zijn geweest dit te willen gebruiken in geval van een oorlog met een B. V. X had daarom beter gedaan, waar hij alleen het geval van een oorlog met een buitenlandsche mogendheid beschouwt, deze voorstellen weg te laten, daar ze met zijn onderwerp geen verband houden. Een reserve van Nederlanders in Indië (het geval 2.b) daar entegen zou zeer veel waarde hebben. Neemt men daarvoor echter vrijwilligers aannemende, dat men die in voldoende mate krijgen kan dan staat zulks gelijk met uitbreiding van het Europeesche element in het staande leger en gaan we, waar hiervoor betoogd werd, dat op inkrimping moet worden aangestuurd, dus geheel den verkeerden kant op. Afgescheiden nog daarvan, dat dit de duurst denkbare oplossing van het vraagstuk is. Hetzelfde geldt van het voorstel om een deel van de Hol- landsche militie gedurende eenige jaren in Indië te legeren. Ook dit middel, waartoe zelfs een wijziging der grondwet noodig zou zijn (waarop, gegeven den tegenzin reeds in den dienst in het moederland, n. o. m. zoo goed als geen kans bestaat), is zoo uiterst kostbaar, dat het om die reden geen aanbeveling verdient. Het is duidelijk, dat het het voordeeligst is de menschen te zoeken daar, waar men ze zal moeten gebruiken. Op die wijze is men ook alleen zeker er over te kunnen beschikken op het oogenblijk, dat ze noodig zijn. De eenige manier, waarop voor het oogenblik over de hier vertoevende Europeanen wordt beschikt, is bij de schut terij (l.a). 134

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 18