Febr. 1913]. De militaire toestand van China lijking met den staat, voorkomende op de blz. 527 e. v. van den vorigen jaargang, zullen vele der daar genoemde divisiën worden gemist, in de eerste plaats, omdat die in het omwente- lingsgebied ontbonden of verloopen en door andere, met eigen nummers, vervangen zijn, in de tweede plaats, omdat van vele, nl. die in het verre binnenland, ook maar eenigszins betrouwbare berichten ontbreken. Voorts wordt een en ander medegedeeld omtrent eenige korpsen, geheel of gedeeltelijk uit de provinciale bewakingstroepen (Hsüng Fang Tui) en andere elementen bestaande. Volledige gegevens betreffende de Hsüng Fang Tui en dergelijke categorieën van de Chineesche landmacht waren nog niet verkrijgbaar. Waar zulks met eenige kans op zekerheid bekend is, is het aantal bataljons (ying's), eskadrons (ying's) en batterijen per divisie aangegeven door bijv. 12-3-9, d. i, 12 bataljons, 3 eskadrons, 9 batterijen. Indien aanwezig, zijn de Genietroe pen en de trein op dezelfde wijze in bataljons aangeduid. Bij de divisiën in Chihli en in Mantsjoerije is de wapening in hoofdzaak onveranderd gebleven; de in het omwentelingsge- bied nieuw opgerichte divisiën hebben het materieel der oude divisiën overgenomen, zonder dat echter de bewapening van elke divisie afzonderlijk met zekerheid vastgesteld kon worden. 152

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 36