Korte Mededeelingen.
Febrr. 1913.]
richt, zoo licht mogelijk, doch tevens zeer stevig geconstrueerd met
holle pijpen en vervaardigd naar aanwijzingen van den kapitein jhr.
Meijer.
Boven de schoft der honden bevindt zich het draagkussen, opge
hangen aan een halfronde buis, en aangezien voor aan het wagentje
twee uitschuifbare stangen zijn aangebracht, is het mogelijk, dat indien
de voertuigjes stilstaan, de honden kunnen staan of liggen zonder door
het gewicht der wagentjes te worden gedrukt.
De bevestiging van het trektuig is zóó ruim, dat, zelfs indien het
wagentje kantelt, dit voor de honden geen nadeelige gevolgen na
zich sleept, terwijl door doelmatige bevestiging van draagkussen en
riemen drukking der honden is buitengesloten.
De honden zijn ondergebracht in het Artillerie-park nabij de witte
brug. Elk heeft een buiten-en een binnenhok. Het geheel maakt een zeer
helderen, frisschen indruk.
Nadat de honden waren aangespannen, ging het dwars door het
mulle zand naar den Pompstationsweg. Het tempo was zelfs zoo vlot,
dat de bestuurders do honden moesten intoomen, teneinde de wagen
tjes met een vluggen pas te kunnen bijhouden.
Bij het Pompstation gekomen, ging het dwars de duinen door, hoogte op,
hoogte af, door mul zand en kreupelhout, ongeveer een uur lang. Geen en
kel oogenblik was er eenig oponthoudvlot trokken de honden de wagen
tjes er door en zelfs verscheidene malen moesten de bestuurders de
wagentjes tegenhouden, hoewel het duinop ging. Ze werkten handig
met de honden. Een enkel vermanend woord was gewoonlijk voldoende,
de honden gehoorzaamden en van slaan of schreeuwen was geen
sprake; alles ging vlug en ordelijk.
Bij het heuvelafwaarts gaan hielden de bestuurders de wagentjes
tegen en ondersteunden den trekboom. Na een uur door dit zware
terrein gemarcheerd te hebben, was dan ook bij de honden geen spoor
van vermoeienis te constateerenzelfs schenen deze weinig lust te
hebben eenige oogenblikken te rusten, doch wilden vroolijk voort.
Nadat de verstelbare pooten uitgetrokken waren en de geleiders
den mondriem hadden losgemaakt, gingen de honden rustig liggen.
Het was ons een genoegen te zien hoe vertrouwd onderofficieren
en manschappen met de honden waren, alhoewel er twee honden
waren, die pas sedert twee dagen de oefeningen medemaakten. Als
ze de honden toespraken, bewees een vroolijk kwispelstaarten, dat de
dressuur er niet met de zweep was ingebracht, doch het gehoorzamen
verkregen was door oefening en overreding.
Daarna hebben we op een afstand op een hoog duin plaats ge
nomen en de sectie zien naderen. Het viel ons op, hoe betrekkelijk
onzichtbaar deze voertuigjes zijn. Op een afstand van pl.m. 600 M.
zag men niets van de wagentjes; alleen de manschappen en licht
gekleurde honden waren zichtbaar.
De indruk, welken we van het bijwonen dezer oefening kregen,
was, dat dit soort honden als trekdieren zeer goed te gebruiken is
voor de regimentsmitrailleurs, en als men de forsche, sterke dieren
192